4. In het geval van lidstaten waar de spoorwijdte van hun netwerken verschilt van die van het hoofdspoorwegnetwerk in de Unie en die netwerken identieke technische en operationele eisen hebben als die van de aangrenzende derde landen, omvat een multilaterale samenwerkingsovereenkomst alle betrokken nationale veiligheidsinstanties in die lidstaten als bedoeld in artikel 21, lid 15, van Richtlijn (EU) 2015/ (11) en artikel 11, lid 3, van Richtlijn (EU) 2015/ (12).
(4) Im Falle der Mitgliedstaaten, deren Eisenbahnnetze eine andere Spurweite aufweisen als diejenige des Haupteisenbahnnetzes in der Union und für deren Eisenbahnnetze identische technische und betriebsbezogene Anforderungen gelten wie in benachbarten Drittländern, werden alle betroffenen nationalen Sicherheitsbehörden jener Mitgliedstaaten in eine multilaterale Kooperationsvereinbarung gemäß Artikel 21 Absatz 15 der Richtlinie (EU) 2015/ (11) und Artikel 11 Absatz 3 der Richtlinie (EU) 2015/ (12) einbezogen.
