- wanneer de verzoeker tot tussenkomst louter doet gelden dat zijn zaak, die een identiek onderwerp heeft als die welke is voorgelegd aan de verwijzende rechter, niet kan worden beslecht vooraleer het Hof heeft geantwoord op de prejudiciële vraag, zodat hij niet op dienstige wijze kan verzoeken een vraag te stellen aan het Hof teneinde zich te kunnen voegen bij de voor het Hof hangende procedure (arrest nr. 73/2006, B.2.3);
- wenn der Interventionskläger nur geltend macht, dass seine Rechtssache, die den gleichen Gegenstand habe wie diejenige, die dem vorlegenden Richter unterbreitet worden sei, nicht geregelt werden könne, bevor der Hof die präjudizielle Frage beantwortet habe, so dass er nicht sachdienlich beantragen könne, dass dem Hof eine Frage gestellt werde, damit er sich dem vor dem Hof anhängigen Verfahren anschliessen könne (Urteil Nr. 73/2006, B.2.3);