Overwegende dat, om te voorkomen dat het marktevenwicht in de toekomst in groot gevaar wordt gebracht, in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1638/98 is bepaald dat na 1 mei 1998 aangeplante olijfbomen die geen deel uitmaken van de omschakeling van een oude olijfboomgaard of van een door de Commissie goedgekeurd programma, met ingang van 1 november 2001 van elke toekomstige steunregeling worden uitgesloten; dat het derhalve nodig is de begrippen "supplemen
taire olijfboom" en "nieuwe aanplant" te omschrijven en de desbetreffende aangifte-, identificatie- en goedkeuringsvoorschriften vast te stellen; dat in de program
...[+++]ma's voor supplementaire aanplant dient te worden gepreciseerd hoeveel dode of verbrande olijfbomen zouden kunnen worden vervangen zonder dat zulks een stijging van de totale productie tot gevolg heeft;
Damit das künftige Marktgleichgewicht nicht schwer gefährdet wird, sieht Artikel 4 der Verordnung (EG) Nr. 1638/98 vor, für zusätzliche Ölbäume, die nach dem 1. Mai 1998 gepflanzt wurden und nicht Gegenstand der Umstellung eines alten Olivenhains oder eines von der Kommission genehmigten Programms waren, den Ausschluß von einer künftigen Beihilferegelung ab dem 1. November 2001 vor. Daher sollten die Begriffe "zusätzlicher Ölbaum" und "Neuanpflanzung" definiert und die entsprechenden Modalitäten der Meldung, Identifizierung und Genehmigung geregelt werden.