Zo mag die laatste de anciënniteit van een werknemer en bijgevolg de opzeggingstermijn of opzeggingsvergoeding gedeeltelijk op basis van de vroegere wetgeving en gedeeltelijk op basis van de nieuwe berekenen, terwijl de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening het verschil tussen het aldus berekende bedrag en het bedrag waarop de werknemer volgens de nieuwe wet recht heeft, moet bijpassen.
So können die Letztgenannten das Dienstalter eines Arbeitnehmers und folglich die Kündigungsfrist oder Kündigungsentschädigung teilweise auf der Grundlage der früheren Rechtsvorschriften und teilweise auf der Grundlage der neuen Rechtsvorschriften berechnen, während das Landesamt für Arbeitsbeschaffung den Unterschied zwischen dem somit berechneten Betrag und dem Betrag, auf den der Arbeitnehmer gemäß dem neuen Gesetz Anspruch hat, ausgleichen muss.
