De daaropvolgende opstanden brachten het communistische regime niet aan het wankelen, noch de opstand in Oost-Berlijn van 1953, noch die in Polen en Hongarije van 1956, noch de Praagse Lente van 1968.
Keiner der folgenden Aufstände konnte die kommunistische Herrschaft ernsthaft erschüttern, weder Ostberlin 1953, weder die Aufstände in Polen und Ungarn 1956 noch der Prager Frühling 1968.