4. Uiterlijk op 31 december 1998 en vervolgens om de zes jaar dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in, waarin zij nagaat of de redenen die toekenning aan de betrokken Lid-Staten van een afwijking overeenkomstig artikel 8 B, lid 1, van het Verdrag rechtvaardigen, nog aanwezig zijn en stelt zij zo nodig passende wijzigingen voor.
(4) Die Kommission legt dem Europäischen Parlament und dem Rat bis zum 31. Dezember 1998 und danach jeweils alle sechs Jahre einen Bericht vor, in dem sie prüft, ob die Gründe, die die Gewährung einer Ausnahme nach Artikel 8b Absatz 1 des Vertrags zugunsten der betreffenden Mitgliedstaaten gerechtfertigt haben, fortbestehen; sie schlägt gegebenenfalls vor, daß geeignete Anpassungen vorgenommen werden.