Het percentage van elke transactie van diamant dat ter uitvoering van artikel 3bis van de wet van 12 april 196
0 werd vastgesteld, bedroeg 0,036 pct. voor het tweede, derde en vierde trimester van 2007 (koninklijk besluit van 16 maart 2007 tot wijziging van het konink
lijk besluit van 21 november 1960 tot vaststelling van de statuten van het Sociaal fonds voor de diamantarbeiders), 0,015 pct. voor het eerste en het tweede trimester van 2008 (koninklijk besluit van 20 december 2007 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november
...[+++] 1960 houdende de statuten van het Intern compensatiefonds voor de diamantsector), 0,005 pct. voor het derde en het vierde trimester van 2008 (koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 1960 houdende de statuten van het Intern compensatiefonds voor de diamantsector), eveneens 0,005 pct. voor 2009 (koninklijk besluit van 24 december 2008 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 1960 houdende de statuten van het Intern compensatiefonds voor de diamantsector) en voor het eerste, het tweede en het derde trimester van 2010 (koninklijk besluit van 22 december 2009 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 1960 houdende de statuten van het Intern compensatiefonds voor de diamantsector), 0,010 pct. voor het vierde trimester van 2010 (koninklijk besluit van 28 september 2010 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 1960 houdende de statuten van het Intern compensatiefonds voor de diamantsector), 0,012 pct. voor 2011 (koninklijk besluit van 29 december 2010 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 1960 houdende de statuten van het Intern compensatiefonds voor de diamantsector) en 0,008 pct. voor 2012 (koninklijk besluit van 21 december 2011 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 1960 houdende de statuten van het Intern compensatiefonds voor de diamantsector).Der Prozentsatz einer jeden Transaktion mit Diamanten, der zur Ausführung von Artikel 3bis des Gesetzes vom 12. April 196
0 festgelegt wurde, betrug 0,036 Prozent für das zweite, dritte und vierte Quartal 2007 (königlicher Erlass vom 16. März 2007 zur Abänderung des königlich
en Erlasses vom 21. November 1960 zur Festlegung der Satzung des Sozialfonds für Diamantschleifer), 0,015 Prozent für das erste und das zweite Quartal 2008 (königlicher Erlass vom 20. Dezember 2007 zur Abänderung des königlich
en Erlasses vom 21. ...[+++]November 1960 zur Festlegung der Satzung des internen Ausgleichsfonds für den Diamantensektor), 0,005 Prozent für das dritte und das vierte Quartal 2008 (königlicher Erlass vom 30. Juni 2008 zur Abänderung des königlichen Erlasses vom 21. November 1960 zur Festlegung der Satzung des internen Ausgleichsfonds für den Diamantensektor), ebenfalls 0,005 Prozent für 2009 (königlicher Erlass vom 24. Dezember 2008 zur Abänderung des königlichen Erlasses vom 21. November 1960 zur Festlegung der Satzung des internen Ausgleichsfonds für den Diamantensektor) und für das erste, das zweite und das dritte Quartal 2010 (königlicher Erlass vom 22. Dezember 2009 zur Abänderung des königlichen Erlasses vom 21. November 1960 zur Festlegung der Satzung des internen Ausgleichsfonds für den Diamantensektor), 0,010 Prozent für das vierte Quartal 2010 (königlicher Erlass vom 28. September 2010 zur Abänderung des königlichen Erlasses vom 21. November 1960 zur Festlegung der Satzung des internen Ausgleichsfonds für den Diamantensektor), 0,012 Prozent für 2011 (königlicher Erlass vom 29. Dezember 2010 zur Abänderung des königlichen Erlasses vom 21. November 1960 zur Festlegung der Satzung des internen Ausgleichsfonds für den Diamantensektor) und 0,008 Prozent für 2012 (königlicher Erlass vom 21. Dezember 2011 zur Abänderung des königlichen Erlasses vom 21. November 1960 zur Festlegung der Satzung des internen Ausgleichsfonds für den Diamantensektor).