1. Voor de in artikel 46, lid 2, onder f), van Verordening (EG) nr. 1493/1999 bedoelde experimenten kan iedere lidstaat voor een periode van ten hoogste drie jaar de toepassing van bepaalde niet in Verordening (EG) nr. 1493/1999 noch in deze verordening genoemde oenologische procedés of behandelingen toestaan, op voorwaarde dat:
(1) Zu Versuchszwecken gemäß Artikel 46 Absatz 2 Buchstabe f der Verordnung (EG) Nr. 1493/1999 kann jeder Mitgliedstaat den Einsatz bestimmter, in der genannten Verordnung oder in der vorliegenden Verordnung nicht vorgesehener önologischer Verfahren oder Behandlungen für einen Zeitraum von höchstens drei Jahren zulassen, sofern: