De wetgever heeft immers bepaald dat, wanneer de geneesheer-diensthoofd vaststelt dat de toestand van de zieke zijn opneming ter observatie niet langer rechtvaardigt (artikel 12.3) of dat zijn verder verblijf niet wordt gerechtvaardigd (artikel 19), de magistraat die de beslissing heeft genomen en de rechter voor wie de zaak aanhangig is, daarvan op de hoogte worden gebracht.
Der Gesetzgeber hat nämlich vorgesehen, dass in dem Fall, wo der dienstleitende Arzt feststellt, dass der Zustand des Kranken seine Unterbringung zur Beobachtung nicht mehr rechtfertigt (Artikel 12 Nr. 3) oder dass der weitere Verbleib nicht gerechtfertigt ist (Artikel 19), der Magistrat, der die Entscheidung getroffen hat, und der befasste Richter darüber informiert werden.