Wanneer de lidstaten op grond van de artikelen 15 tot en met 17 van de richtlijn bewaring opleggen, moeten de omstandigheden waarin die plaatsvindt in overeenstemming zijn met artikel 4 van het EU-Handvest, dat onmenselijke of vernederende behandelingen verbiedt.
In den Fällen, in denen Mitgliedstaaten eine Inhaftnahme nach den Artikeln 15 bis 17 der Richtlinie anordnen, muss dies unter Bedingungen erfolgen, die im Einklang mit Artikel 4 der EU-Grundrechtecharta stehen, wonach niemand unmenschlicher oder erniedrigender Behandlung unterworfen werden darf.