Traduction de «onder de begeleide bedrijven minstens » (Néerlandais → Allemand) :

De sociale begeleider zorgt, minstens in het kader van een tewerkstelling met een halftijdse arbeidsovereenkomst, voor de sociale begeleiding en voert de opdrachten uit bedoeld in het eerste lid, met uitzondering van elke activiteit die de productie van goederen of diensten beoogt en elke activiteit die onder de administratie en het personeelsbeheer ressorteert en in ruimere zin, onder het inschakelingsbedrijf.
Der soziale Betreuer ist mindestens im Rahmen eines halbzeitigen Arbeitsvertrags für die soziale Betreuung zuständig und nimmt unter Ausschluss jeder Aktivität zur Erzeugung von Gütern oder Leistung von Diensten und von jeder Aktivität im Bereich der Verwaltung und der Personalverwaltung und, im weiteren Sinne, des Eingliederungsbetriebs die in Absatz 1 genannten Aufgaben wahr.

Steun groepen die ondervertegenwoordigd zijn onder ondernemers of niet door traditionele steunregelingen voor bedrijven worden bereikt, zoals vrouwen, senioren, migranten, werklozen, jongeren, via begeleiding, advies en steunregelingen.
Unterstützung von Gruppen, die unter den Unternehmern unterrepräsentiert sind oder die von traditionellen Förderprogrammen für Unternehmen nicht erreicht werden, z. B. Frauen, Senioren, Migranten, Arbeitslose, junge Menschen - durch Mentoring, Beratung und Förderprogramme.

Elke activiteit wordt minstens door twee personen, onder wie een erkende opleider, begeleid.
Jede Aktivität wird wenigstens von zwei Personen betreut, von denen eine ein zugelassener Ausbilder ist.

Onverminderd artikel 4, lid 6, mogen lidstaten die vóór de inwerkingtreding van deze richtlijn al maatregelen hebben genomen om een evenwichtigere vertegenwoordiging van vrouwen en mannen te waarborgen onder niet-uitvoerende bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen en grote openbare bedrijven of lidstaten waarin andere bv. zelfreguleringsmaatregelen bestaan om voor een evenwichtigere vertegenwoordiging van vrouwen en mannen onder niet-uitvoerende bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen te zorgen, de toepassing van de in artikel 4, leden 1, 3, 4 en 5, opgenomen procedurele voorschriften inzake benoemingen en de toepassing van artikel 5, lid 1, opschorten, mits een beoordeling door de Commissie uitwijst dat deze maatregelen het de leden van het ondervertegenwoordigde geslacht mogelijk maken om uiterlijk 1 januari 2020, of uiterlijk 1 januari 2018 in het geval van openbare bedrijven, minstens 40% of de in artikel 4, lid 7, bedoelde doelstelling van een derde van de posities van niet-uitvoerend bestuurder in beursgenoteerde ondernemingen te bekleden.
Unbeschadet des Artikels 4 Absatz 6 bleibt es Mitgliedstaaten, die bereits vor Inkrafttreten dieser Richtlinie Maßnahmen zur Gewährleistung einer ausgewogeneren Vertretung von Frauen und Männern unter den nicht geschäftsführenden Direktoren/Aufsichtsratsmitgliedern börsennotierter Gesellschaften und großer öffentlicher Unternehmen ergriffen haben, oder Mitgliedstaaten, in denen andere Maßnahmen, z. B. Selbstregulierungsmaßnahmen, zur Sicherstellung einer ausgewogeneren Vertretung von Frauen und Männern unter den nicht geschäftsführenden Direktoren/Aufsichtsratsmitgliedern börsennotierter Gesellschaften und großer öffentlicher Unternehmen ergriffen wurden, anheimgestellt, die Anwendung der Verfahrensvorschriften des Artikels 4 Absätze 1, 3, 4 und 5 für die Auswahl der Direktoren und die Anwendung des Artikels 5 Absatz 1 auszusetzen, wenn aus einer Bewertung der Kommission hervorgeht, dass das unterrepräsentierte Geschlecht spätestens zum 1. Januar 2020 beziehungsweise bei öffentlichen Unternehmen zum 1. Januar 2018 entweder mindestens 40 % der nicht geschäftsführenden Direktoren/Aufsichtsratsmitglieder stellt oder die in Artikel 4 Absatz 7 genannte Zielvorgabe von einem Drittel erfüllt wird, wenn diese Maßnahmen angewandt werden.

Als de overschrijding niet te wijten is aan de niet-naleving van een wettellijke verplichting, kan de Minister, in overleg met de betrokken sectoren, gepaste begeleidings- en aansporingsmaatregelen voorstellen ter wijziging van sommige landbouw-, huishoudelijke en andere praktijken om de verspreiding van bestrijdingsmiddelen in de grondwateren te beperken totdat de gehaltes gedaald zijn onder 30 % van de kwaliteitsnormen of drempelwaarden van de grondwateren bedoeld in artikel R.43ter-3 en sinds minstens vijf jaar op dat niveau gehandhaafd worden.
Falls die Überschreitung nicht mit der Nichteinhaltung einer gesetzlichen Verpflichtung zusammenhängt, kann der Minister in Absprache mit den betroffenen Sektoren angemessene begleitende und anregende Maßnahmen vorschlagen, die auf die Änderung gewisser Praxen in der Landwirtschaft, in den Haushalten und anderswo abzielen, um die Einleitung von Pestiziden in das Grundwasser einzuschränken, bis dass die Gehalte unter 30 % der in Artikel R.43ter-3 erwähnten Qualitätsnormen oder Schwellenwerte des Grundwassers zurückfallen und mindestens fünf Jahre auf diesem Stand gehalten werden.

36. onderstreept de rol van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) op het gebied van de mensenrechten, zoals verwoord in de mededeling van de Commissie van 25 oktober 2011, die onder meer verwijst naar de betrekking heeft op de VN-richtsnoeren inzake ondernemen en mensenrechten; benadrukt de noodzaak om MVO op te nemen in de mensenrechtenstrategieën van de EU; herinnert eraan dat de Europese en multinationale bedrijven ook verantwoordelijkheden en verplichtingen hebben en is verheugd over de herbevestiging van MVO door de EU; dringt er bij alle ondernemingen op aan te voldoen aan hun maatschappelijke verantwoordelijkheid als ondernemer om de mensenrechten te eerbiedigen in overeenstemming met de VN-richtsnoeren; is verheugd dat de Commissie bereid is begeleiding op het gebied van de mensenrechten te ontwikkelen voor kleine en middelgrote ondernemingen; verzoekt de lidstaten hun eigen nationale plannen op te stellen voor de tenuitvoerlegging van de VN-richtsnoeren en partnerlanden te blijven aansporen dat ook zij zich aansluiten bij internationaal erkende normen voor maatschappelijk verantwoord ondernemerschap, zoals de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen en de driepartijenbeginselverklaring van de IAO met betrekking tot multinationale ondernemingen en sociaal beleid;
36. unterstreicht die Rolle der sozialen Verantwortung der Unternehmen (CSR) auf dem Gebiet der Menschenrechte, wie sie in der Mitteilung der Kommission vom 25. Oktober 2011 zum Ausdruck kommt, in der unter anderem auf die Leitprinzipien der Vereinten Nationen für Unternehmen und Menschenrechte Bezug genommen wird; betont die Notwendigkeit der Einbindung der sozialen Verantwortung der Unternehmen in die EU-Strategien auf dem Gebiet der Menschenrechte; erinnert daran, dass europäische und multinationale Unternehmen auch Verantwortlichkeiten und Verpflichtungen haben, und begrüßt die Bekräftigung der sozialen Verantwortung der Unternehmen (CSR) durch die EU; hält alle Unternehmen dazu an, ihrer unternehmerischen Verantwortung zur Achtung der Menschenrechte gemäß den Leitprinzipien der Vereinten Nationen nachzukommen; begrüßt die Bereitschaft der Kommission betreffend die Erarbeitung von an kleine und mittlere Unternehmen gerichteten Leitlinien über Menschenrechte; fordert die Mitgliedstaaten auf, ihre eigenen nationalen Pläne für die Umsetzung der Leitprinzipien der Vereinten Nationen zu entwerfen und auf der Notwendigkeit zu bestehen, dass auch die Partnerländer international anerkannte Standards im Bereich der sozialen Verantwortung von Unternehmen, wie die OECD-Leitlinien für multinationale Unternehmen und die Trilaterale Grundsatzerklärung der Internationalen Arbeitsorganisation zu multinationalen Unternehmen und zur Sozialpolitik, einhalten müssen;

14. benadrukt dat het van belang is jong en vrouwelijk ondernemerschap te stimuleren, onder andere door het opzetten van begeleidings- en mentorschapsprogramma's; wijst erop dat steeds meer jongeren en vrouwen in het MKB werkzaam zijn – zij het nog voornamelijk in kleinere bedrijven (microbedrijven) – en dat zij nog steeds het slachtoffer zijn van stereotypen en vooroordelen waar het de overdracht van en opvolging in bedrijven, met name familiebedrijven, betreft; roept de lidstaten dan ook op – met het oog op de vergrijzing van de bevolking – met adequate beleidsmaatregelen en voorzieningen te komen, met name via beschikbaarstelling van diagnostische hulpmiddelen, informatieverstrekking, adviesverlening en begeleiding van ondernemers die bij bedrijfsoverdrachten zijn betrokken;
14. betont die Bedeutung der Förderung von Jungunternehmern und Unternehmerinnen u.a. durch die Einführung von Betreuungs- und Mentoring-Programmen; weist darauf hin, dass immer mehr Frauen und Jungunternehmer in KMU arbeiten, allerdings nach wie vor hauptsächlich in Kleinstunternehmen (Mikrounternehmen), und weiterhin unter den nachteiligen Auswirkungen von Stereotypen und Vorurteilen im Zusammenhang mit der Übertragung von Unternehmen oder der Unternehmensnachfolge, insbesondere bei Familienunternehmen, leiden; fordert daher die Mitgliedstaaten auf, unter Berücksichtigung der Auswirkungen der alternden Bevölkerung geeignete Maßnahmen und Regelungen umzusetzen, insbesondere durch die Einführung von Instrumenten für die Diagnose, Information, Beratung und Begleitung im Zusammenhang mit Unternehmensübertragungen;

40. benadrukt dat jong en vrouwelijk ondernemerschap gestimuleerd moet worden, onder meer door het opzetten van begeleidings- en mentorschapsprogramma's; wijst erop dat steeds meer jongeren en vrouwen in het MKB werkzaam zijn, zij het nog voornamelijk in de kleinste bedrijven (microbedrijven), en dat zij nog steeds vatbaar zijn voor de negatieve effecten van stereotypen en vooroordelen bij de overdracht van en opvolging in bedrijven, met name familiebedrijven; roept de lidstaten derhalve op adequate beleidsmaatregelen te treffen en voorzieningen te creëren, voornamelijk door diagnostische hulpmiddelen beschikbaar te stellen, informatie te verstrekken, advies te verlenen en ondernemers te begeleiden die bij bedrijfsoverdrachten zijn betrokken, hetgeen ook dienstig is met het oog op de vergrijzing;
40. betont die Bedeutung der Förderung von Jungunternehmern und Unternehmerinnen u. a. durch die Einführung von Betreuungs- und Mentoring-Programmen; weist darauf hin, dass immer mehr Frauen und Jungunternehmer in KMU – allerdings nach wie vor hauptsächlich in Kleinstunternehmen (Mikrounternehmen) – arbeiten, dass sie jedoch weiterhin unter den Stereotypen und Vorurteilen zu leiden haben, die vor allem bei Familienunternehmen im Zusammenhang mit der Übertragung von Unternehmen oder der Unternehmensnachfolge entstehen; fordert die Mitgliedstaaten daher auf, unter Berücksichtigung der Tatsache, dass die Menschen immer älter werden, geeignete Maßnahmen und Regelungen einzuführen und insbesondere im Zusammenhang mit Unternehmensübertragungen Diagnose-, Informations-, Beratungs- und Hilfeangebote zu erarbeiten;

28. De personeelsleden die verantwoordelijk zijn voor controles, inspecties en audits aan boord van schepen of die deze controles, inspecties en audits uitvoeren, alsook de bedrijven die onder de relevante verplichte IMO-instrumenten vallen, moeten minstens beschikken over:
28. Die für Besichtigungen, Überprüfungen und Audits von Schiffen und Unternehmen, für die die einschlägigen verbindlichen IMO-Instrumente gelten, verantwortlichen oder sie durchführenden Personen sollten mindestens die folgenden Voraussetzungen erfüllen: