b) wanneer, onverminderd het gebruik van de in artikel 114, lid 2, onder c), laatste streepje, bedoelde goederen, de invoergoederen in de veredelingsprodukten kunnen worden geïdentificeerd of, in het in artikel 115 bedoelde geval, wanneer kan worden nagegaan of aan de voor equivalente goederen vastgestelde voorwaarden is voldaan;
b) wenn unbeschadet der Verwendung von Waren im Sinne des Artikels 114 Absatz 2 Buchstabe c) letzter Gedankenstrich festgestellt werden kann, daß die Einfuhrwaren in den Veredelungserzeugnissen enthalten sind, oder in Fällen nach Artikel 115 nachgeprüft werden kann, daß die für die Ersatzwaren vorgesehenen Voraussetzungen erfuellt sind und