Het Hof heeft geoordeeld dat, wanneer het maatschappelijk kapitaal van een onderneming nagenoeg geheel in handen van de overheid is, met name moet worden beoordeeld of een particuliere aandeelhouder in gelijkaardige omstandigheden, op grond van de te verwachten rendabiliteit en afgezien van elke overweging van sociale aard of van regionaal of sectorieel beleid, een dergelijke kapitaalinbreng zou hebben gedaan (53).
Wie vom Gerichtshof bestätigt wurde, ist in den Fällen, in denen sich das Gesellschaftskapital fast völlig im Besitz der öffentlichen Hand befindet, insbesondere zu prüfen, ob ein privater Gesellschafter in einer vergleichbaren Lage unter Zugrundelegung der Rentabilitätsaussichten und unabhängig von allen sozialen, regionalpolitischen und sektorenbezogenen Überlegungen die Kapitalhilfe gewährt hätte (54).