Voor overige leningen aan niet-financiële vennootschappen, d.w.z. de indicatoren 37 tot en met 54 en 62 tot en met 85 in appendix 2, worden drie categorieën bedragen onderscheiden, d.w.z. a) „tot en met 0,25 miljoen EUR”, b) „meer dan 0,25 miljoen tot 1 miljoen EUR” en c) „meer dan 1 miljoen EUR”.
Bei sonstigen Krediten an nichtfinanzielle Kapitalgesellschaften, d. h. die Meldepositionen 37 bis 54 und 62 bis 85 in Anlage 2, werden drei Betragskategorien unterschieden: a) „bis zu 0,25 Millionen EUR einschließlich“; b) „über 0,25 Millionen EUR bis zu 1 Million EUR einschließlich“ und c) „über 1 Million EUR“.