81. benadrukt dat het energiebeleid van de EU op geen enkele wijze in strijd mag zijn met de basisbeginselen waarop de EU gegrondvest is, met name wat betreft de democratie en de mensenrechten; verzoekt de Commissie in dit verband in haar energiebetrekkingen producerende en doorvoerlanden die de Europese waarden onderschrijven, te bevoorrechten;
81. hebt hervor, dass die EU-Energiepolitik den bei der Gründung der EU verankerten Grundsätzen, vor allem der Demokratie und den Menschenrechten, in keiner Weise zuwiderlaufen darf; fordert die Kommission in diesem Zusammenhang auf, dafür zu sorgen, dass in den energiepolitischen Beziehungen jene Erzeuger- und Transitländer Vorrang genießen, die dieselben Werte wie die EU haben und diese fördern;