Traduction de «onderwijs wijst erop » (Néerlandais → Allemand) :

7. benadrukt dat een overgang naar duurzame samenlevingen en economieën, met inbegrip van duurzame consumptie- en productiepatronen, de mogelijkheid biedt om nieuwe groene banen te scheppen en bestaande werkgelegenheid om te vormen tot groene banen in vrijwel alle sectoren en in de gehele waardeketen, van onderzoek tot productie, distributie en service, en in nieuwe groene hightechsectoren zoals hernieuwbare energiebronnen, maar ook in traditionele industrieën zoals de industriesector en de bouw, landbouw en visserij, en dienstensectoren zoals toerisme, catering, vervoer en onderwijs; wijst erop dat dit banenpotentieel mogelijkheden biedt voor zowel hoogopgeleide als laagopgeleide arbeidskrachten;
7. betont, dass durch den Übergang zu nachhaltigen Gesellschaften und Volkswirtschaften, einschließlich eines nachhaltigen Konsumverhaltens und einer entsprechenden Produktion, ein Potenzial für die Schaffung neuer „grüner“ Arbeitsplätze und für die Umwandlung der bestehenden Beschäftigung in „grüne“ Arbeitsplätze entsteht, und zwar in beinahe allen Wirtschaftszweigen und entlang der gesamten Wertschöpfungskette, von der Forschung bis hin zu Produktion, Vertrieb und Kundendienst und in neuen „grünen“ Hochtechnologiesektoren, etwa bei erneuerbaren Energieträgern, sowie bei herkömmlichen Industrien, etwa Produktion und Bauwesen, Landwirtschaft und Fischerei sowie Dienstleistungssektoren wie Tourismus, Catering, Verkehr und Bildung; betont, dass dieses Beschäftigungspotenzial sowohl hoch- als auch geringqualifizierten Arbeitskräften Chancen bietet;

wijst erop dat het aanbod van onderwijs en opleiding die open en innoverend zijn, een prioritair onderdeel van ET 2020 is; wijst erop dat het belangrijk is innovatie en flexibiliteit te ontwikkelen en te bevorderen in methoden voor lesgeven, leren en kennisoverdracht waarin individuen actief participeren.
weist darauf hin, dass offene und innovative allgemeine und berufliche Bildung einer der Schwerpunktbereiche des ET 2020 ist; hält es für geboten, dass in alle Methoden des Unterrichtens, des Lernens und des Wissenstransfers, an denen der Einzelne aktiv beteiligt ist, Innovation und Flexibilität einfließen und in diesem Zusammenhang gefördert werden.

vestigt de aandacht op het feit dat gestandaardiseerde tests en kwantitatieve benaderingen van de onderwijsaansprakelijkheid in het beste geval een nauwe bandbreedte aan traditionele vaardigheden meten en ertoe kunnen leiden dat scholen de lessyllabi moeten aanpassen aan het testmateriaal, zodat de intrinsieke waarden van onderwijs worden verwaarloosd; wijst erop dat onderwijs en opleiding een belangrijke rol spelen voor het ontwikkelen van ethische en burgerlijke waarden en van menselijkheid, terwijl het werk van leraren en de prestaties van leerlingen op dit gebied in testresultaten niet naar voren komen; wijst in verband hiermee op het feit dat in onderwijsomgevingen flexibiliteit, innovatie en creativiteit nodig zijn, die de leerkwaliteit en de onderwijsprestaties kunnen stimuleren.
weist darauf hin, dass standardisierte Tests und quantitative Ansätze der Rechenschaftslegung im Bildungswesen allenfalls einen kleinen Ausschnitt traditioneller Kompetenzen erfassen und dazu führen können, dass Schulen den Lehrplan auf den Prüfungsstoff eingrenzen müssen und dadurch die der Bildung innewohnenden Werte ausklammern; stellt fest, dass die allgemeine und berufliche Bildung eine wichtige Rolle für die Heranbildung ethischer und bürgerlicher Tugenden und der Menschlichkeit spielt und dass die Arbeit der Lehrkräfte und die Erfolge der Lernenden in diesem Bereich in Testergebnissen nicht erfasst werden; betont in diesem Zusammenhang die große Bedeutung von Flexibilität, Innovation und Kreativität im Bildungsumfeld, da hierdurch die Unterrichtsqualität und die Bildungsziele besser erreicht werden können.

verzoekt de lidstaten investeringen te sluizen naar inclusief onderwijs dat voldoet aan de maatschappelijke behoeften met betrekking tot het garanderen van gelijke toegang en kansen voor iedereen; benadrukt dat onderwijs en opleiding van hoge kwaliteit, inclusief mogelijkheden op het gebied van een leven lang leren en programma's voor het aanpakken van alle vormen van discriminatie, economische en sociale ongelijkheden en de oorzaken van uitsluiting, essentieel zijn om de sociale cohesie en de levens van jongeren te verbeteren die te lijden hebben onder sociale en economische achterstelling, alsmede leden van minderheidsgroepen, en wijst erop dat de inspanningen moeten worden voortgezet om hun vroegtijdig schoolverlaten te verminderen.
fordert die Mitgliedstaaten auf, ihre Investitionen in die inklusive Bildung zu lenken, die den gesellschaftlichen Herausforderungen mit Blick auf einen gleichwertigen Zugang und Chancengleichheit für alle gerecht wird; betont, dass eine hochwertige allgemeine und berufliche Bildung einschließlich Möglichkeiten des lebensbegleitenden Lernens und Programmen zur Bekämpfung sämtlicher Formen der Diskriminierung, wirtschaftlicher und sozialer Ungleichheiten und der Ursachen der Ausgrenzung unabdingbar dafür sind, dass der gesellschaftliche Zusammenhalt und das Leben junger, sozial und wirtschaftlich benachteiligter Menschen und der Angehörigen von Minderheiten verbessert werden, und hält anhaltende Bemühungen um die Senkung der Quote der vorzeitigen Schulabbrecher für geboten.

wijst erop hoe belangrijk het is te zorgen voor gendermainstreaming in de onderwijssector door digitale geletterdheid en de deelname van vrouwen en meisjes aan ICT-onderwijs en -opleidingen te bevorderen middels de opname van programmeren, nieuwe media en technologieën in de onderwijsprogramma's op alle niveaus, alsook in buitenschools, informeel en niet-formeel onderwijs, en in alle soorten onderwijs en opleidingen, ook voor onderwijspersoneel, teneinde de digitalevaardigheidskloven te verkleinen en te overbruggen en meisjes aan te moedigen te kiezen voor een loopbaan in de wetenschap of de ICT; benadrukt in dit verband het belang van open leermiddelen, waardoor een betere toegang tot onderwijs voor iedereen wordt gewaarborgd, en van de uitwisseling van optimale praktijken op het gebied van de integratie van de genderdimensie in het ICT-onderwijs.
betont, dass es wichtig ist, sicherzustellen, dass das Gender Mainstreaming im Bildungswesen berücksichtigt wird, indem die digitale Kompetenz und die Beteiligung von Frauen und Mädchen bei der Bildung und Ausbildung im IKT-Bereich gefördert werden, und zwar durch die Aufnahme der Programmierung sowie neuer Medien und Technologien in die Lehrpläne auf allen Bildungsstufen sowie in die außerschulische und informelle und nicht formale Bildung und in sämtliche Formen der Bildung und Ausbildung, darunter für das Lehrpersonal, um die Kluft bei der digitalen Kompetenz zu verringern und zu beseitigen sowie um Mädchen und junge Frauen dazu zu ermutigen, eine Laufbahn in den Bereichen Wissenschaft und IKT einzuschlagen; betont in diesem Zusammenhang die Bedeutung von freien Lern- und Lehrmaterialien (OER), durch die für alle ein besserer Zugang zur Bildung gewährleistet wird, und des Austausches bewährter Verfahren mit Blick auf die Einbeziehung des Gender Mainstreaming in den Bereich der IKT.

19. verzoekt de lidstaten een einde te maken aan de segregatie in het onderwijs; wijst erop dat integratie een illusie blijft, zolang Roma-kinderen in sommige lidstaten van de anderen gescheiden worden en naar aparte scholen en klassen worden gestuurd;
19. fordert die Mitgliedstaaten auf, die schulische Segregation zu beenden; betont, dass die Integration ein schwer zu erreichendes Ziel bleiben wird, solange Roma-Kinder abgesondert werden und eigene für die eingerichtete Schulen und Schulklassen besuchen müssen;

113. betreurt de besnoeiing op overheidsuitgaven en –investeringen in de onderwijssector die in tal van nationale begrotingen waarneembaar is, wijst er nogmaals op dat voorrang moet worden gegeven aan overheidsinvesteringen in duurzame, groeibevorderende sectoren zoals OO en onderwijs, en wijst erop dat investering in onderwijs en opleiding een goedkope beleidsmaatregel is als de hoge kosten in aanmerking worden genomen die ontstaan als jongere generaties in termen van werkgelegenheid worden gemarginaliseerd; wijst erop dat het belangrijk is ervoor te zorgen dat aanhoudend en op grote schaal wordt geïnvesteerd in onderwijs aan en opleiding van leraren en levenslang leren, terwijl de gecoördineerde, EU-dekkende initiatieven om andere gemeenschappelijke onderwijsdoelen te verwezenlijken worden voortgezet; wijst op de doorslaggevende rol van het programma Levenslang Leren;
113. bedauert die Kürzung staatlicher Ausgaben und Investitionen vieler nationaler Haushalte im Bildungsbereich; bekräftigt die Notwendigkeit, staatlichen Investitionen in nachhaltige wachstumsfreundliche Bereiche wie FuE und Bildung Vorrang zu geben, und weist darauf hin, dass in Anbetracht der schwerwiegenden Belastungen durch berufliche Ausgrenzung der jungen Generation Investitionen in allgemeine und berufliche Bildung eine wirtschaftspolitische Maßnahme darstellen; betont die Bedeutung der Sicherstellung kontinuierlicher und umfangreicher Investitionen in die Ausbildung von Lehrkräften, die Weiterbildung und lebenslanges Lernen, unter Beibehaltung koordinierter EU-weiter Bestrebungen, auch andere gemeinsame Bildungsziele zu erreichen; weist auf die Schlüsselrolle des Programms „Lebenslanges Lernen“ hin;

5. betreurt de besnoeiing op overheidsuitgaven en –investeringen in de onderwijssector die in tal van nationale begrotingen waarneembaar is, wijst er nogmaals op dat voorrang moet worden gegeven aan overheidsinvesteringen in duurzame, groeibevorderende sectoren zoals OO en onderwijs, en wijst erop dat investering in onderwijs en opleiding een goedkope beleidsmaatregel is als de hoge kosten in aanmerking worden genomen die ontstaan als jongere generaties in termen van werkgelegenheid worden gemarginaliseerd; wijst erop dat het belangrijk is ervoor te zorgen dat aanhoudend en op grote schaal wordt geïnvesteerd in onderwijs aan en opleiding van leraren en levenslang leren, terwijl de gecoördineerde, EU-dekkende initiatieven om andere gemeenschappelijke onderwijsdoelen te verwezenlijken worden voortgezet; wijst op de doorslaggevende rol van het programma Levenslang Leren;
5. bedauert die Kürzung staatlicher Ausgaben und Investitionen vieler nationaler Haushalte im Bildungsbereich; bekräftigt die Notwendigkeit, staatlichen Investitionen in nachhaltige wachstumsfreundliche Bereiche wie FuE und Bildung Vorrang zu geben, und weist darauf hin, dass in Anbetracht der schwerwiegenden Belastungen durch berufliche Ausgrenzung der jungen Generation Investitionen in allgemeine und berufliche Bildung eine wirtschaftspolitische Maßnahme darstellen; betont die Bedeutung der Sicherstellung kontinuierlicher und umfangreicher Investitionen in die Ausbildung von Lehrkräften, die Weiterbildung und lebenslanges Lernen, unter Beibehaltung koordinierter EU-weiter Bestrebungen, auch andere gemeinsame Bildungsziele zu erreichen; weist auf die Schlüsselrolle des Programms „Lebenslanges Lernen“ hin;

6. stelt vast dat het IMF er ook toe over is gegaan aanbevelingen te doen op gebieden buiten het oorspronkelijk macro-economische terrein, op terreinen die verbonden zijn met het structurele beleid, middels aanbevelingen waarvan de tekst direct of indirect van invloed is op de uitvoering van beleidsmaatregelen inzake sociale bescherming, het recht op werk, gezondheid, het milieu en onderwijs; wijst erop dat deze ontwikkeling de aandacht vestigt op de scheidslijn tussen de bevoegdheden van de diverse VN-organisaties en die van de Wereldbank;
6. stellt fest, dass der IWF außerdem seine Empfehlungen auf Bereiche ausgedehnt hat, die außerhalb des ursprünglichen makroökonomischen Bereichs liegen und Fragen der Strukturpolitiken betreffen, und dass er Empfehlungen aussprach, die sich direkt oder indirekt auf die Durchführung der Politiken in den Bereichen Soziales, Recht auf Arbeit, Gesundheit, Umwelt und Bildung auswirken; weist darauf hin, dass diese Entwicklung eindeutig die Frage nach den Grenzen der Zuständigkeiten der verschiedenen Einrichtungen des Systems der Vereinten Nationen und der Weltbank aufgeworfen hat;

De over het algemeen hoge waardering voor het beheer van het programma door zowel de studenten als de instellingen voor hoger onderwijs wijst erop dat het programma door de Commissie en het EACEA doelmatig en efficiënt wordt beheerd.
Insgesamt waren Studierende und Hochschuleinrichtungen mit der Durchführung des Programms äußerst zufrieden, was auf eine effiziente, wirkungsvolle Arbeit der Kommission und der Exekutivagentur „Bildung, Audiovisuelles und Kultur“ hindeutet.