De totale variabiliteit van elk in de veldproeven onderzocht eindpunt wordt met behulp van passende statistische modellen geschat en opgesplitst om twee reeksen betrouwbaarheidsgrenzen af te leiden en een boven- en ondergrens voor de gelijkwaardigheid vast te stellen op basis van de tussen de referentievariëteiten waargenomen variabiliteit.
Die im Feldversuch beobachtete gesamte Variabilität jedes Endpunktes wird mithilfe geeigneter statistischer Modelle eingeschätzt und untergliedert, so dass zwei Sätze von Konfidenzgrenzen abgeleitet und auf der Grundlage der bei Referenzsorten beobachteten Variabilität eine untere und eine obere Äquivalenzgrenze festgesetzt werden können.