5.1.2. Het van een motor met elektrische ontsteking voorziene voertuig moet zo zijn ontworpen dat het kan werken met ongelode benzine volgens de specificaties van Richtlijn 85/210/EEG".
5.1.2. Das Fahrzeug mit einem Motor mit Fremdzuendung muß so ausgelegt sein, daß es mit unverbleitem Benzin nach der Richtlinie 85/210/EWG betrieben werden kann".