Met het in 1997 vastgestelde globale streefdoel van 12% voor hernieuwbare energiebronnen werd echter impliciet ook een streefdoel vastgesteld voor warmte en koeling, waar een verhoging moet worden gerealiseerd van ongeveer 40 Mtoe in 1997 naar 80 Mtoe in 2010[16].
Mit dem 1997 festgelegten Ziel von 12 % für erneuerbare Energieträger insgesamt wurde jedoch auch implizit ein Anreiz für die Erhöhung des Anteils bei der Wärme- und Kälteerzeugung geschaffen, der von etwa 40 Mio. t RöE 1997 auf 80 Mio. t RöE 2010 [16] steigen wird.