ah) merkt op dat, ondanks de aanzienlijke vooruitgang in de afgelopen jaren richting universeel basisonderwijs, ongeveer 93 miljoen kinderen in de basisschoolleeftijd, voor het merendeel meisjes, in 2006 nog steeds niet naar school gingen, en vraagt de EU-lidstaten te voorzien in de toenemende behoefte aan financiële steun voor onderwijs, onder andere in kwetsbare staten die door conflicten zijn getroffen,
(ah) stellt fest, dass trotz beträchtlicher Fortschritte auf dem Weg zu einer universellen Grundschulbildung etwa 93 Millionen Kinder im Grundschulalter – in der Mehrheit Mädchen – im Jahr 2006 noch nicht zur Schule gingen; fordert die EU-Mitgliedstaaten auf, sich mit dem gesteigerten Finanzbedarf zur Unterstützung der Bildung zu befassen, auch in von Konflikten betroffenen fragilen Staaten,