Artikel 5, tweede lid, eerste zin, van het Strafwetboek bepaalt dat de strafrechter, wanneer hij vaststelt dat een onopzettelijk misdrijf tegelijkertijd door een natuurlijke persoon en een rechtspersoon is gepleegd, alleen die persoon veroordeelt die de « zwaarste fout » heeft begaan.
Artikel 5 Absatz 2 erster Satz des Strafgesetzbuches bestimmt, dass der Strafrichter, wenn er das Vorliegen einer durch eine natürliche Person in Gemeinschaft mit einer juristischen Person nicht vorsätzlich begangenen Straftat feststellt, nur die Person verurteilt, die die « schwerste Verfehlung » begangen hat.