Te dezen blijkt voldoende uit de bewoordingen van de prejudiciële vraag dat het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de grondwettigheid van een verschil in behandeling tussen twee categorieën van
schuldenaars van de onroerende voorheffing die eigenaar zijn geweest van een niet-ingericht en improductie
f bebouwd onroerend goed dat op het grondgebied van het Waalse Gewest is gelegen : enerzijds, die
genen die gedurende minstens 180 dagen ...[+++] van het kalenderjaar eigenaar van een dergelijk goed zijn geweest en, anderzijds, diegenen die gedurende minder dan
180 dagen eigenaar van een dergelijk goed zijn geweest.
Im vorliegenden Fall geht aus dem Wortlaut der Vorabentscheidungsfrage hinlänglich hervor, dass der Gerichtshof gebeten wird, über die Verfassungsmäßigkeit eines Behandlungsunterschieds zwischen zwei Kategorien von Schuldnern des Immobiliensteuervorabzugs zu befinden, die Eigentümer eines nicht eingerichteten und ertraglosen bebauten unbeweglichen Gutes, das sich auf dem Gebiet der Wallonischen Region befindet, gewesen sind: einerseits diej
enigen, die während mindestens 180 Tagen des Kalenderjahres Eigentümer eines solchen Gutes gewesen sind, und andererseits diejenigen, die während weniger als
180 ...[+++]Tagen Eigentümer eines solchen Gutes gewesen sind.