3. stelt vast dat het Europees Parlement tijdens de begrotingsonderhandelingen in 2001 en 2002 tezamen met de Raad heeft verklaard dat de communautaire steun
voor het onderwijs moet worden verhoogd en constateert dat in de regionale begrotingslijnen specifieke doelstellingen voor onderwijsuitgaven zijn opgenomen; onderstreept andermaal dat de onderwijsbegroting moet worden verdubbeld tot tenminste 8% va
n de begroting voor ontwikkeling van de Commissie en dat deze verhoging geen vervanging mag betekenen, maar een feitel
ijke verho ...[+++]ging moet inhouden;
3. stellt fest, dass das Europäische Parlament anlässlich der Verhandlungen über den Haushaltsplan 2001 und 2002 gemeinsam mit dem Rat erklärt hat, dass die Hilfe der Gemeinschaft für die Grundbildung erhöht werden sollte und dass in die regionalen Haushaltslinien spezifische Ziele für die Verwendung der Mittel für die Bildung aufgenommen wurden; betont erneut, dass die Haushaltsmittel für die Bildung auf wenigstens 8% des Entwicklungshaushalts der Kommission verdoppelt werden sollten und dass diese Aufstockung nicht durch Substitution erreicht werden, sondern eine wirkliche Erhöhung sein sollte;