Hoe en in hoeverre kunnen de mogelijkheden van de biotechnologie worden ingezet voor de specifieke behoeften van de ontwikkelingslanden: (a) de behandeling van (aan armoede gekoppelde) tropische ziekten, (b) de druk op plattelandsgemeenschappen en de stijgende vraag naar voedsel, (c) milieuproblemen en (d) andere ontwikkelingsbehoeften?
Wie und bis zu welchem Grade können mit Hilfe der Biotechnologie spezielle Probleme der Entwicklungsländer gelöst werden: a) Behandlung (armutsbedingter) tropischer Krankheiten; b) Druck auf ländliche Gemeinschaften und zunehmender Nahrungsmittelbedarf; c) Umweltprobleme; d) sonstige Entwicklungsprobleme?