1. Onverminderd strengere bepalingen die door de lidstaten zijn vastgesteld ten behoeve van de toepassing van hun wetgeving of van nationale procedures waarmee andere doeleinden worden beoogd, moeten de begeleidende documenten en de voorgeschreven kopieën daarvan worden bewaard gedurende ten minste vijf jaar te rekenen vanaf het einde van het kalenderjaar waarin zij zijn opgesteld, respectievelijk gemaakt.
(1) Unbeschadet strengerer Vorschriften der Mitgliedstaaten zur Anwendung ihrer Rechtsvorschriften und einzelstaatlicher Verfahren mit anderer Zielsetzung müssen die vorgesehenen Begleitdokumente und Kopien nach dem Ende des Kalenderjahres, in dem sie ausgestellt worden sind, mindestens fünf Jahre lang aufbewahrt werden.