2. De lidstaten kunnen de mogelijkheid bieden om verbintenissen in het kader van de artikelen 28, 29, 33 en 34 van Verordening (EU) nr. 1305/2013 gedurende de looptijd ervan aan te passen op voorwaarde dat het goedgekeurde programma voor plattelandsontwikkeling daarin voorziet en de aanpassing naar behoren is gemotiveerd in het licht van de verwezenlijking van de doelstellingen van de oorspronkelijke verbintenis.
(2) Die Mitgliedstaaten können genehmigen, dass Verpflichtungen gemäß Artikel 28, 29, 33 und 34 der Verordnung (EU) Nr. 1305/2013 während des betreffenden Verpflichtungszeitraums angepasst werden, sofern eine solche Anpassung im Rahmen des genehmigten Entwicklungsprogramms für den ländlichen Raum möglich und mit Blick auf die Zielsetzungen der ursprünglichen Verpflichtung hinreichend begründet ist.