2. VAN OORDEEL ZIJNDE dat de Gemeenschap, zonder afbreuk te doen aan de verantwoordelijkheden van de lidstaten, een adequate combinatie van paraatheid en preventie, het effectief verzamelen en verspreiden van informatie en ervaringen, het coördineren van de op nationaal en communautair niveau beschikbare middelen, en het samenwerken van de lidstaten, met name bij rampen die het interventievermogen van de afzonderlijke lidstaten overstijgen, dient te bevorderen.
IN DEM GLAUBEN, dass die Gemeinschaft unbeschadet der Zuständigkeiten der Mitgliedstaaten ein angemessenes Instrumentarium fördern sollte, zu dem sowohl Vorbereitetsein als auch Verhütung gehören, und zu dem ferner eine wirksame Erhebung und Verbreitung von Informationen und Erfahrungen, eine Koordinierung der Mittel, die auf der Ebene der Mitgliedstaaten und der Gemeinschaft zur Verfügung stehen, und die Zusammenarbeit zwischen den Mitgliedstaaten gehören, insbesondere in den Fällen, in denen sich Katastrophen in einer Größenordnung ereignen, die die Interventionskapazität einzelner Mitgliedstaaten übersteigt;