8. wijst erop dat in de Andeslanden, hoewel zij uit het oogpunt van ontwikkeling als opkomende landen gelden, nog altijd aanzienlijke problemen op het gebied van de sociale samenhang en de verdeling van de hulpbronnen bestaan en dat een groot deel van de bevolking nog altijd in extreme armoede leeft; betreurt dat de kwestie van de sociale gerechtigheid in de overeenkomst niet wordt genoemd; verzoekt de Raad en de Commissie in dit verband te blijven streven naar schuldsanering van de landen om middelen voor de bestrijding van armoede ter beschikking te krijgen;
8. betont, dass in den Andenländern, obwohl sie aus Entwicklungssicht als Schwellenländer gelten, erhebliche Probleme hinsichtlich des sozialen Zusammenhalts und der Verteilung der Ressourcen fortbestehen und ein großer Teil der Bevölkerung weiterhin in extremer Armut lebt; bedauert, dass die Frage der sozialen Gerechtigkeit in dem Abkommen nicht angesprochen wird; fordert in diesem Zusammenhang den Rat und die Kommission auf, Bemühungen für die Entschuldung der Länder fortzusetzen, um Mittel für die Armutsbekämpfung freizusetzen;