Vertaling van "organisatie legitieme arrestaties voor ernstige misdrijven veroordelen " (Nederlands → Duits) :

Ik zeg 'voorbarig' omdat Sinn Féin zelfs op dit moment nog stemming maakt doordat prominente leden van de organisatie legitieme arrestaties voor ernstige misdrijven veroordelen. Voorts weigeren zij om volledige medewerking aan de politie te verlenen bij het bestraffen van degenen die verantwoordelijk zijn voor wandaden, zoals de Omagh-bomaanslag waarbij 29 onschuldige winkelende mensen om het leven kwamen.
Ich sage „voreilig“, weil die Sinn Féin sogar jetzt noch immer wählerisch bei ihrer Unterstützung der Polizei vorgeht, indem prominente Mitglieder durch die Polizei durchgeführte rechtmäßige Verhaftungen aufgrund schwerer Verbrechen verurteilen und die uneingeschränkte Zusammenarbeit mit der Polizei verweigern, die das Ziel hat, die Verantwortlichen für Gewalttaten wie den Bombenanschlag in Omagh, bei dem 29 unschuldige Menschen beim Einkaufen getötet wurden, vor Gericht zu bringen.

5. spreekt zijn sterke afkeuring uit over de rechterlijke beslissing van 4 juni 2013 van de Strafrechtbank van Caïro om 43 Egyptische en buitenlandse ngo-medewerkers tot gevangenisstraffen te veroordelen, de lokale afdelingen van de vijf betrokken internationale ngo's te sluiten en beslag te leggen op hun bezittingen; is van mening dat deze politiek gemotiveerde veroordeling, die het legitieme werk van internationale organisaties in Egypte strafbaar stelt, een onaanvaardbare aanval is op de vrijheid van meningsuiting en vereniging en een ernstige belemmering vormt voor de internationale en EU-inspanningen om Egypte in zijn politieke overgangsproces te steunen; dringt er bij de Egyptische autoriteiten op aan ogenblikkelijk een eind te maken aan alle vormen van bedreiging en intimidatie waarvan onafhankelijke ngo's in het land het slachtoffer zijn, en in het bijzonder aan de strafrechtelijke vervolging van medewerkers van ngo's;
5. verurteilt aufs Schärfste die richterliche Entscheidung des Kairoer Strafgerichts, das 43 ägyptische und ausländische NGO-Mitarbeiter am 4. Juni 2013 zu Haftstrafen verurteilt und die Schließung der ägyptischen Niederlassungen der betroffenen fünf ausländischen NGO sowie die Beschlagnahmung ihrer Mittel angeordnet hat; ist der Auffassung, dass dieses politisch motivierte Urteil, mit dem die legitime Arbeit ausländischer Organisationen in Ägypten kriminalisiert wird, ein nicht hinnehmbarer Angriff auf die Meinungs- und Versammlungsfreiheit in Ägypten und ein schwerer Schlag für die Bemühungen ist, die auf internationaler Ebene und durch die EU unternommen wurden, um das Land beim politischen Übergang zu unterstützen; fordert die ägyptischen Behörden auf, alle Formen der Schikanierung und Einschüchterung, denen unabhängige NGO in Ägypten ausgesetzt sind, unverzüglich zu beenden und insbesondere alle Anklagen gegen NGO-Mitarbeiter fallenzulassen;

9. spreekt zijn sterke afkeuring uit over de rechterlijke beslissing van 4 juni 2013 van de Strafrechtbank van Caïro om 43 Egyptische en buitenlandse ngo-medewerkers tot gevangenisstraffen te veroordelen, de lokale afdelingen van de vijf betrokken internationale ngo's te sluiten en beslag te leggen op hun bezitten; is van mening dat deze politiek gemotiveerde veroordeling, die het legitieme werk van internationale organisaties in Egypte strafbaar stelt, een onaanvaardbare aanval is op de vrijheid van meningsuiting en vereniging in het land en een ernstige aanval vormt op de internationale en EU-inspanningen om Egypte te steunen in zijn politieke transitie;
9. verurteilt aufs Schärfste die richterliche Entscheidung des Kairoer Strafgerichts, das 43 ägyptische und ausländische NRO-Mitarbeiter am 4. Juni 2013 zu Haftstrafen verurteilte und die Schließung der ägyptischen Niederlassungen der fünf ausländischen NRO sowie die Beschlagnahmung ihrer Mittel anordnete; ist der Auffassung, dass dieses politisch motivierte Urteil, mit dem die legitime Arbeit ausländischer Organisationen in Ägypten kriminalisiert wird, ein nicht hinnehmbarer Angriff auf die Meinungs- und Versammlungsfreiheit in Ägypten und ein schwerer Schlag für die Bemühungen ist, die auf internationaler Ebene und durch die EU unternommen wurden, um das Land beim politischen Übergang zu unterstützen;

107. is uitermate bezorgd over het feit dat Iran in 2008 en 2009 is voortgegaan met onderdrukking van onafhankelijke mensenrechtenactivisten en leden van maatschappelijke organisaties en dat er nog steeds en zelfs meer ernstige schendingen van de mensenrechten plaatsvinden; veroordeelt de willekeurige arrestatie, marteling en gevangenneming van mensenrechtenactivisten vanwege hun werk, onder de beschuldiging van „activiteiten die ingaan tegen de nationale veiligheid”; betreurt het huidige regeringsbeleid gericht tegen docenten en academici, waardoor studenten de toegang tot hoger onderwijs wordt belet, en veroordeelt de vervolging en gevangenneming van studentenactivisten; betreurt de beroering die in de nasleep van de presidentsverkiezingen van 12 juni 2009 is ontstaan en het geweld dat door de Iraanse autoriteiten is gebruikt – waarbij ten minste 400 mensen willekeurig zijn gearresteerd en volgens berichten minstens 40 personen de dood vonden –, de massaprocessen tegen personen die zijn beschuldigd van misdrijven tegen de nationale veiligheid, de mishandelingen en folteringen die hebben plaatsgevonden en de doodvonnissen die zijn uitgesproken;
107. ist zutiefst besorgt darüber, dass Iran 2008 und 2009 immer noch unabhängige Menschenrechtsverteidiger und Mitglieder der Zivilgesellschaft verfolgt hat, und dass es nach wie vor schwerwiegende Menschenrechtsverletzungen in diesem Land gegeben hat, die sogar noch zugenommen haben; verurteilt die willkürliche Verhaftung, Folter und Inhaftierung von Menschenrechtsverteidigern wegen ihrer Arbeit, aufgrund des Vorwurfs, mit ihrer Tätigkeit gegen nationale Sicherheitsinteressen verstoßen zu haben; beklagt die derzeitige Regierungspolitik, die sich gegen Lehrer und Akademiker richtet und Studenten vom Hochschulzugang ausschließt, und verurteilt die Verfolgung und Inhaftierung von Studenten, die sich für Menschenrechte einsetzen; bedauert die Unruhen nach den Präsidentschaftswahlen vom 12. Juni 2009 und die von den iranischen Behörden eingesetzte Gewalt, die dazu führte, dass mindestens 400 Menschen willkürlich verhaftet wurden, Berichten zufolge mindestens 40 Menschen zu Tode kamen, Massenprozesse angestrengt wurden, bei denen den Angeklagten Verbrechen gegen die nationale Sicherheit vorgeworfen wurde, es zu Misshandlungen und Folterungen kam und Todesurteile verhängt wurden;

103. is uitermate bezorgd over het feit dat Iran in 2008 en 2009 is voortgegaan met onderdrukking van onafhankelijke mensenrechtenactivisten en leden van maatschappelijke organisaties en dat er nog steeds en zelfs meer ernstige schendingen van de mensenrechten plaatsvinden; veroordeelt de willekeurige arrestatie, marteling en gevangenneming van mensenrechtenactivisten vanwege hun werk, onder de beschuldiging van "activiteiten die ingaan tegen de nationale veiligheid"; betreurt het huidige regeringsbeleid gericht tegen docenten en academici, waardoor studenten de toegang tot hoger onderwijs wordt belet, en veroordeelt de vervolging en gevangenneming van studentenactivisten; betreurt de beroering die in de nasleep van de presidentsverkiezingen van 12 juni 2009 is ontstaan en het geweld dat door de Iraanse autoriteiten is gebruikt – waarbij ten minste 400 mensen willekeurig zijn gearresteerd en volgens berichten minstens 40 personen de dood vonden –, de massaprocessen tegen personen die zijn beschuldigd van misdrijven tegen de nationale veiligheid, de mishandelingen en folteringen die hebben plaatsgevonden en de doodvonnissen die zijn uitgesproken;
103. ist zutiefst besorgt darüber, dass Iran 2008 und 2009 immer noch unabhängige Menschenrechtsverteidiger und Mitglieder der Zivilgesellschaft verfolgt hat, und dass es nach wie vor schwerwiegende Menschenrechtsverletzungen in diesem Land gegeben hat, die sogar noch zugenommen haben; verurteilt die willkürliche Verhaftung, Folter und Inhaftierung von Menschenrechtsverteidigern wegen ihrer Arbeit, aufgrund des Vorwurfs, mit ihrer Tätigkeit gegen nationale Sicherheitsinteressen verstoßen zu haben; beklagt die derzeitige Regierungspolitik, die sich gegen Lehrer und Akademiker richtet und Studenten vom Hochschulzugang ausschließt, und verurteilt die Verfolgung und Inhaftierung von Studenten, die sich für Menschenrechte einsetzen; bedauert die Unruhen nach den Präsidentschaftswahlen vom 12. Juni 2009 und die von den iranischen Behörden eingesetzte Gewalt, die dazu führte, dass mindestens 400 Menschen willkürlich verhaftet wurden, Berichten zufolge mindestens 40 Menschen zu Tode kamen, Massenprozesse angestrengt wurden, bei denen den Angeklagten Verbrechen gegen die nationale Sicherheit vorgeworfen wurde, es zu Misshandlungen und Folterungen kam und Todesurteile verhängt wurden;