66.
onderkent dat grensoverschrijdende criminaliteit in de EU een toenemende tendens vertoont en onderstreept daarom het belang van voldoende financiering voor de agentschappen die actief zijn op het vlak van samenwerking bij de rechtshandhaving; beschouwt het huidige „landschap” van uiteenlopende instrumenten, kanalen en instrumenten voor informatie-uitwisseling over Europese wetshandhaving als een gecompliceerd en versnipperd geheel dat leidt tot inefficiënt gebruik van de beschikbare instrumenten en ontoereikend democratisch toezicht en verantwoording op EU-niveau; bepleit een toekomstgerichte visie op de wijze waarop gegevensuitwis
...[+++]seling inzake wetshandhaving in de EU zich laat vormen en optimaliseren, onder waarborging van de grondrechten, met inbegrip van een afdoende niveau van gegevensbescherming; acht het noodzakelijk dat het onderlinge vertrouwen tussen de rechtshandhavingsinstanties toeneemt, zodat de informatie-uitwisseling geïntensiveerd kan worden; 66.
weist darauf hin, dass das grenzüberschreitende Verbrechen in der EU auf dem Vormarsch ist, und betont daher, dass die Einrichtungen, die sich mit der Zusammenarbeit im Bereich der Strafverfolgung befassen, mit ausreichenden Mitteln ausgestattet werden müssen; vertritt die Auffassung, dass das derzeitige Bild der verschiedenen Instrumente, Kanäle und Werkzeuge für den Austausch von Informationen im Bereich der europäischen Strafverfolgung komplex und diffus ist, was eine ineffiziente Nutzung der verfügbaren Instrumente und eine unzureichende demokratische Kontrolle und Rechenschaftspflicht auf EU-Ebene nach sich zieht; fordert eine
...[+++]n zukunftsorientierten Ansatz in Bezug auf die Gestaltung und Optimierung der gemeinsamen Datennutzung im Bereich der Strafverfolgung in der EU bei gleichzeitiger Sicherstellung der Einhaltung der Grundrechte und eines hohen Maßes an Datenschutz; stellt fest, dass eine Vertiefung des gegenseitigen Vertrauens der Strafverfolgungsbehörden erforderlich ist, um den Informationsaustausch zu verstärken; 
