In een tweede onderdeel voeren de verzoekende partijen aan dat een decreet waarbij de Raad van State verhinderd wordt de geldigheid van bestreden individuele administratieve rechtshandelingen te beoordelen (zaak nr. 1628), of waarbij de burgerlijke rechtbanken verhinderd worden uitspraak te doen
omtrent geschillen over subjectieve rechten die voor die rechtbanken aanhangig zijn (zaak nr. 1629), essentieel als draagwijdte en rechtsgevolg heeft dat afbreuk wordt gedaan aan artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, door de federale wetgever aangenomen op grond van de hem door art
...[+++]ikel 146 van de Grondwet uitdrukkelijk opgedragen bevoegdheid.In einem zweiten Teil führen die klagenden Parteien an, dass ein Dekret, durch das der Staatsrat daran gehindert werde, die Gültigkeit von angefochtenen einzelnen Verwaltungsakten zu beurteilen (Rec
htssache Nr. 1628), oder durch das die Zivilgerichte daran gehindert würden, über Streitsachen in bezug auf subjektive Rechte, die vor den Gerichten anhängig seien, zu urteilen (Rechtssache Nr. 1629), im wesentlichen die Tragweite und Rechtsfolge habe, dass Artikel 14 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat verletzt werde, den der föderale Gesetzgeber aufgrund der ihm ausdrücklich durch Artikel 146 der Verfassung übertragenen Zuständigkei
...[+++]t angenommen habe.