22. meent dat hernieuwbare energie van levensbelang is voor de economische en sociale ontwikkeling van de ACS-landen, daar zij beschikken over omvangrijke hernieuwbare-energiebronnen (zonne-energie, windkracht, geothermische energie en biomassa); dringt er bij de onderhandelaars op aan bijzondere aandacht te besteden aan vermindering van de afhankelijkheid van de ACS-landen van fossiele brandstoffen en van hun kwetsbaarheid voor prijsstijgingen, door prioriteit te geven aan hernieuwbare energie in de Overeenkomst van Cotonou;
22. ist der Auffassung, dass erneuerbare Energien für die wirtschaftliche und soziale Entwicklung der AKP-Staaten unerlässlich sind, da sie in diesem Bereich über bedeutende Ressourcen (Sonnenenergie, Windkraft, geothermische Ressourcen und Biomasse) verfügen; fordert die Verhandlungsparteien nachdrücklich auf, besondere Aufmerksamkeit auf die Reduktion der Abhängigkeit der AKP-Staaten von fossilen Brennstoffen und auf die Verringerung ihrer Anfälligkeit gegenüber Preissteigerungen zu legen, indem den erneuerbaren Energien im Cotonou-Abkommen Vorrang eingeräumt wird;