Is de Raad het ermee eens dat vervolging wegens overtreding van dit artikel, naast de andere consequenties hiervan, de beschuldigden ook nog tot doelwit maakt, zoals de recente moord op Hrant Dink heeft laten zien?
Stimmt der Rat dem zu, dass Personen, die aufgrund des besagten Artikels angeklagt werden, automatisch zur Zielscheibe für eine bestimmte Sache werden – wie die jüngste Ermordung von Hrant Dink gezeigt hat?