14. uit zijn ernstige verontrusting over het lot van de Bulgaarse en Palestijnse verplegers en artsen die in 1999 werden gearresteerd als verdachten in een strafrechtzaak en over de op 6 mei 2004 tegen hen uitgesproken doodstraffen; vertrouwt erop dat Libië, in afwachting van de uitspraak in hoger beroep, na een hernieuwd onderzoek van de bewijzen wellicht tot de conclusie komt dat de gerechtigheid beter gediend is door een zo snel mogelijke vrijlating van de verdachten;
14. bringt in diesem Zusammenhang seine tiefe Besorgnis über das Schicksal der bulgarischen und palästinensischen Angehörigen des medizinischen Dienstes zum Ausdruck, die 1999 als Verdächtige in einer Strafsache verhaftet und am 6. Mai 2004 zum Tode verurteilt wurden; ist zuversichtlich, dass Libyen bis zum Berufungsverfahren nach Überprüfung vorliegender Beweise gegebenenfalls die Schlussfolgerung zieht, dass der Gerechtigkeit gedient wäre, wenn sie sobald wie möglich freigelassen würden;
