3. stelt vast dat het kaderprogramma effectief heeft bijgedragen aan het verbeteren van de concurrentiekracht van het Europese bedrijfsleven, maar dat er in de lidstaten van de Europese Unie grote verschillen zijn ten aanzien van investeringen, risicokapitaal, uitgaven aan onderzoek, uitgaven aan onderwijs en onderzoeksstructuur en doet daarom een beroep op de lidstaten hun overheidsuitgaven voor onderzoek aanzienlijk te verhogen;
3. stellt fest, dass das Rahmenprogramm konkret zur Verbesserung der Wettbewerbsfähigkeit der europäischen Wirtschaft beigetragen hat, dass aber in den Mitgliedstaaten der Europäischen Union in Bezug auf Investitionen, Risikokapital, Forschungsausgaben und Ausgaben für Bildung und Forschungsstruktur erhebliche Unterschiede bestehen, und fordert deshalb die Mitgliedstaaten auf, ihre öffentlichen Ausgaben für Forschung spürbar zu erhöhen;