Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Basisprogramma van een partij
Burgerlijke partij
Conclusie van de beledigde partij
Conclusie van de burgerlijke partij
Dagvaardende partij
Ecologische partij
Groene partij
In het ongelijk gestelde partij
Ontbinding van een partij
Oprichting van een partij
Overeenkomstsluitende partij
Partij bij de overeenkomst
Partij bij het verdrag
Partij in de nietigheidsprocedure
Politieke partij
Politieke partijen
Politieke vorming
Rapporten over de registratie van de partij opstellen
Stichting van een partij
Verbod van een partij
Verdragsluitende partij
Verliezende partij
Vordering van de beledigde partij
Vordering van de burgerlijke partij

Traduction de «partij in de nietigheidsprocedure » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
partij in de nietigheidsprocedure

am Nichtigkeitsverfahren beteiligt


politieke partijen [ politieke partij | politieke vorming ]

politische Parteien [ Partei | Politikkunde | politische Bildung | politische Partei ]


oprichting van een partij [ basisprogramma van een partij | ontbinding van een partij | stichting van een partij | verbod van een partij ]

Parteigründung [ Parteiauflösung | Parteiprogramm | Parteiverbot ]


conclusie van de beledigde partij | conclusie van de burgerlijke partij | vordering van de beledigde partij | vordering van de burgerlijke partij

Klage von einem Privatkläger | Schadenersatzklage


in het ongelijk gestelde partij | verliezende partij

unterlegene Partei


overeenkomstsluitende partij | partij bij de overeenkomst | partij bij het verdrag | verdragsluitende partij

Vertragspartei


ecologische partij [ groene partij ]

Umweltpartei [ die Grünen ]


documentatie over de registratie van de partij opstellen | rapporten over de registratie van de partij opstellen

Dokumentation anhand von Chargenprotokollen erstellen | Dokumentation in Form von Chargenprotokollen erstellen




TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging a. Bij vonnis van 13 januari 2015 in zake M.G (burgerlijke partij), J.B (beklaagde) en het Belgisch Gemeenschappelijk Waarborgfonds (vrijwillig tussenkomende partij), waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 11 februari 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 162bis van het W ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfragen und Verfahren a. In seinem Urteil vom 13. Januar 2015 in Sachen M.G (Zivilpartei), J.B (Angeklagter) und des Belgischen Gemeinsamen Garantiefonds (freiwillig intervenierende Partei), dessen Ausfertigung am 11. Februar 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das G ...[+++]


3. Schendt artikel 21, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State de artikelen 10 en 11 van de Grondwet wanneer het, zoals te dezen, in samenhang gelezen met artikel 17, § 6, van dezelfde wetten, in die zin wordt geïnterpreteerd dat het de tegenpartij de mogelijkheid biedt dat zij door een tussenkomende partij wordt ondersteund en dat die volledig in haar plaats treedt, zelfs indien die tegenpartij heeft nagelaten de voortzetting van de procedure te vorderen, terwijl de verzoekende partij die zou hebben nagelaten de voortzetting van de procedure te vorderen na een arrest waarbij een vordering tot schorsing wordt verwor ...[+++]

3. Verstößt Artikel 21 Absatz 2 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, wenn er - wie im vorliegenden Fall - in Verbindung mit Artikel 17 § 6 derselben Gesetze dahin ausgelegt wird, dass er es der Gegenpartei ermöglicht, von einer beitretenden Partei unterstützt und völlig ersetzt zu werden, auch wenn diese Gegenpartei es unterlassen hat, die Fortsetzung des Verfahrens zu beantragen, während die klagende Partei, die es unterlassen hätte, im Anschluss an einen Entscheid zur Zurückweisung ...[+++]


2. Schendt artikel 21, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State de artikelen 10 en 11 van de Grondwet wanneer het, zoals te dezen, in die zin wordt geïnterpreteerd dat het de mogelijkheid biedt het verlies van belang van de verzoekende partij in het voormelde kader te vermoeden, terwijl het de Raad van State niet de mogelijkheid biedt het belang van de tussenkomende partij om in rechte op te treden na te gaan, zelfs indien die partij tussenkomt ter ondersteuning van een tegenpartij die niet de voortzetting van de procedure heeft gevorderd ?

2. Verstößt Artikel 21 Absatz 2 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, wenn er - wie im vorliegenden Fall - dahin ausgelegt wird, dass er es ermöglicht, den Verlust des Interesses einer klagenden Partei im vorerwähnten Rahmen zu vermuten, während er es dem Staatsrat nicht ermöglicht, das Handlungsinteresse der beitretenden Partei zu überprüfen, während diese zur Unterstützung einer Gegenpartei, die die Fortsetzung des Verfahrens nicht beantragt hat, dem Verfahren beitritt?


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 12 mei 2015 in zake S. V. D. en E.P. tegen A.L., G.G. en D.V., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 juni 2015, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 235bis, § 6, Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 Grondwet, in samenhang gelezen met het recht op een eerlijk proces uit artikel 6 EVRM en met het algemeen rechtsbeginsel van het recht van verdediging, in zoverre dit artike ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid vom 12. Mai 2015 in Sachen S. V. D. und E.P. gegen A. L., G.G. und D.V., dessen Ausfertigung am 5. Juni 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Kassationshof folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 235bis § 6 des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit dem Recht auf ein faires Verfahren nach Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention und dem allgeme ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 4 januari 2016 in zake Marie-Rose D'Haeyer tegen Vincent Lefevre, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 januari 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Geven de artikelen 827, 1017 en 1022 van het Gerechtelijk Wetboek, al dan niet afzonderlijk gelezen, geen aanleiding tot discriminatie tussen de partij die ten gronde in het ongelijk is gesteld en die recht heeft, indien zij erom verzoekt en mits zij voldoet aan de voorwaarden daartoe, op een verminderi ...[+++]

Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Urteil vom 4. Januar 2016 in Sachen Marie-Rose D'Hayer gegen Vincent Lefevre, dessen Ausfertigung am 13. Januar 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Führen die Artikel 827, 1017 und 1022 des Gerichtsgesetzbuches, an sich oder in Verbindung miteinander, nicht zu einer Diskriminierung zwischen der Partei, die zur Sache unter ...[+++]


– gezien de resolutie van de vergadering van de staten die partij zijn bij het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof van 27 november 2013 inzake de "versterking van het Internationaal Strafhof en de vergadering van staten die partij zijn", die onder meer een oproep bevat aan de staten die willen toetreden om het Statuut in zijn gewijzigde vorm te ratificeren, een oproep aan alle staten die partij zijn om te overwegen de amendementen te ratificeren evenals een erkenning van de recente ratificatie van de amendementen door een aantal staten die partij zijn ...[+++]

– unter Hinweis auf die Resolution der Vertragsstaaten des Römischen Statuts des Internationalen Strafgerichtshofs vom 27. November 2013 über die Stärkung des Internationalen Strafgerichtshofs und der Versammlung der Vertragsstaaten (ICC-ASP/12/Res.8), in der die künftigen Vertragsstaaten aufgefordert werden, das Statut in der geänderten Fassung zu ratifizieren, alle Vertragsstaaten aufgefordert werden, die Ratifizierung der Änderungen in Betracht zu ziehen, und die jüngsten Ratifizierungen der Änderungen durch eine Reihe von Vertragsstaaten gewürdigt werden,


– gezien de resolutie van de vergadering van de staten die partij zijn bij het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof van 27 november 2013 inzake de „versterking van het Internationaal Strafhof en de vergadering van staten die partij zijn”, die onder meer een oproep bevat aan de staten die willen toetreden om het Statuut in zijn gewijzigde vorm te ratificeren, een oproep aan alle staten die partij zijn om te overwegen de amendementen te ratificeren evenals een erkenning van de recente ratificatie van de amendementen door een aantal staten die partij zijn ...[+++]

– unter Hinweis auf die Resolution der Vertragsstaaten des Römischen Statuts des Internationalen Strafgerichtshofs vom 27. November 2013 über die Stärkung des Internationalen Strafgerichtshofs und der Versammlung der Vertragsstaaten (ICC-ASP/12/Res.8), in der die künftigen Vertragsstaaten aufgefordert werden, das Statut in der geänderten Fassung zu ratifizieren, alle Vertragsstaaten aufgefordert werden, die Ratifizierung der Änderungen in Betracht zu ziehen, und die jüngsten Ratifizierungen der Änderungen durch eine Reihe von Vertragsstaaten gewürdigt werden,


Op verzoek van de houder van het EU-merk levert de houder van een ouder EU-merk die partij is in de nietigheidsprocedure, het bewijs dat in de vijf jaren die voorafgaan aan de datum van de vordering tot nietigverklaring, het oudere EU-merk in de Unie normaal is gebruikt voor de waren of diensten waarvoor het ingeschreven is en die hij tot staving van zijn vordering aanvoert, of dat er geldige redenen zijn voor het niet gebruiken, voor zover het oudere EU-merk op die datum sinds ten minste vijf jaar ingeschreven was.

Auf Verlangen des Inhabers der Unionsmarke hat der Inhaber einer älteren Unionsmarke, der am Nichtigkeitsverfahren beteiligt ist, den Nachweis zu erbringen, dass er innerhalb der letzten fünf Jahre vor Stellung des Antrags auf Erklärung der Nichtigkeit die ältere Unionsmark e in der Union für die Waren oder Dienstleistungen, für die sie eingetragen ist und auf die er sich zur Begründung seines Antrags beruft, ernsthaft benutzt hat oder dass berechtigte Gründe für die Nichtbenutzung vorliegen, sofern zu diesem Zeitpunkt die ältere Unionsmarke seit mindestens fünf Jahren eingetragen ist.


Op verzoek van de houder van het EU-merk levert de houder van een ouder EU-merk die partij is in de nietigheidsprocedure, het bewijs dat in de vijf jaren die voorafgaan aan de datum van de vordering tot nietigverklaring, het oudere EU-merk in de Unie normaal is gebruikt voor de waren of diensten waarvoor het ingeschreven is en die hij tot staving van zijn vordering aanvoert, of dat er geldige redenen zijn voor het niet gebruiken, voor zover het oudere EU-merk op die datum sinds ten minste vijf jaar ingeschreven was.

Auf Verlangen des Inhabers der Unionsmarke hat der Inhaber einer älteren Unionsmarke, der am Nichtigkeitsverfahren beteiligt ist, den Nachweis zu erbringen, dass er innerhalb der letzten fünf Jahre vor Stellung des Antrags auf Erklärung der Nichtigkeit die ältere Unionsmarke in der Union für die Waren oder Dienstleistungen, für die sie eingetragen ist und auf die er sich zur Begründung seines Antrags beruft, ernsthaft benutzt hat oder dass berechtigte Gründe für die Nichtbenutzung vorliegen, sofern zu diesem Zeitpunkt die ältere Unionsmarke seit mindestens fünf Jahren eingetragen ist.


Indien een partij of niet-partij van invoer overeenkomstig haar binnenlandse regelgeving eist dat kennis wordt gegeven van de invoer van GGO's die bestemd zijn voor rechtstreeks gebruik als voedsel, veevoeder of voor verwerking, of wanneer een partij of niet-partij van invoer overeenkomstig artikel 11, lid 6 van het protocol heeft besloten dat voorafgaand aan de eerste grensoverschrijdende verplaatsing van een GGO dat bestemd is voor voedsel, veevoeder of verwerking een besluit vereist is, geeft de uitvoerder schriftelijk kennis aan de bevoegde nationale ...[+++]

Verlangt eine einführende Vertragspartei bzw. Nichtvertragspartei nach ihrem innerstaatlichen Recht die Anmeldung von Einfuhren von GVO, die zur unmittelbaren Verwendung als Lebens- oder Futtermittel oder zur Verarbeitung vorgesehen sind, oder hat eine einführende Vertragspartei bzw. Nichtvertragspartei gemäß Artikel 11 Absatz 6 des Protokolls angegeben, dass vor der ersten grenzüberschreitenden Verbringung eines GVO, der zur Verwendung als Lebens- oder Futtermittel oder zur Verarbeitung vorgesehen ist, eine Entscheidung erforderlich ist, meldet der Exporteur vor der ersten absichtlichen grenzüberschreitenden Verbringung des GVO diese schriftlich bei der zus ...[+++]


w