24. wijst er in verband met het voornemen van de Commissie om in versterkte mate te streven naar vrijwillige overeenkomsten tussen diverse bij een zaak betrokken partijen opdat daarmee besluitvormingsbevoegdheden worden onttrokken aan de wetgever en dat dergelijke instrumenten alleen passend zijn wanneer er geen raakpunten zijn met de belangen van derden of het openbaar belang;
24. weist im Hinblick auf die Absicht der Kommission, verstärkt freiwillige Vereinbarungen der Beteiligten anzustreben, darauf hin, dass damit dem Gesetzgeber Entscheidungsbefugnisse genommen werden und dass deshalb solche Formen nur dann angemessen sind, wenn nicht die Interessen Dritter oder öffentliche Interessen berührt sind;