Vertaling van "partijen voor prioritaire soorten moeten " (Nederlands → Duits) :

De herziene versie, ondertekend in Kleinmond in 2009, brengt een aantal interessante wijzigingen in de oorspronkelijke overeenkomst aan, wat ontwikkeling betreft vooral democratische beginselen, mensenrechten en de rechtsstaat, en het feit dat samenwerking op het vlak van ontwapening en non-proliferatie van massavernietigingswapens een essentieel bestanddeel van de overeenkomst wordt. Het beginsel van de doeltreffendheid van de steun (als een doelstelling van de ontwikkelingssamenwerking) en de prioriteit voor operaties die in het bijzonder bijdragen tot de bestrijding van armoede en het bereiken van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling (Millennium Development Goals, MDG) werden toegevoegd. Daarnaast wordt er trouwens een artikel over de millenniumdoelstellingen ingevoerd, om de inzet van de partijen om ze tegen 2015 te verwezenlijken, te bevestigen. Er wordt benadrukt dat onze prioritaire gebieden voor ontwikkelingssamenwerking in door de partijen overeengekomen meerjarige programmeringsdocumenten moeten worden opgenomen, met inbegrip van gemeenschappelijke door de EU-lidstaten aanvaarde documenten, in overeenstemming met de ontwikkelingsinstrumenten van de Unie. Partijen die hun medewerking verlenen maar geen staten zijn, worden als zodanig als samenwerkingspartners erkend (i.p.v. de vroegere niet gouvernementele organisaties) die voor financiële en technische bijstand in aanmerking komen.
Mit dem im Jahr 2009 in Kleinmond unterzeichneten überarbeiteten Abkommen fließen bedeutsame Änderungen in das ursprüngliche Abkommen ein, die – im Bereich der Entwicklung – insbesondere Folgendes betreffen: Demokratische Grundsätze, Menschenrechte und Rechtsstaatlichkeit und die Zusammenarbeit im Bereich der Abrüstung und der Nichtverbreitung von Massenvernichtungswaffen werden zu grundlegenden Bestandteilen des Abkommens. Der Grundsatz der Wirksamkeit der Hilfe als Ziel der Entwicklungszusammenarbeit wird eingeführt, und Maßnahmen, die insbesondere mit Blick auf die Bekämpfung der Armut zur Verwirklichung der Millenniums-Entwicklungsziele (MDG) beitragen, werden als vorrangig eingestuft. Ein neu eingefügter Artikel ist ausschließlich den MDG gewidmet, um die Zusage der Parteien, diese Ziele bis 2015 zu verwirklichen, wiederaufzunehmen. Es wird hervorgehoben, dass die für die EU vorrangigen Bereiche der Entwicklungszusammenarbeit in von beiden Parteien gemeinsam vereinbarten mehrjährigen Programmplanungsdokumenten festgelegt werden müssen, wozu auch die von den EU-Mitgliedstaaten im Einklang mit den EU-Instrumenten für die Zusammenarbeit gebilligten gemeinsamen Dokumente gehören. Nichtstaatliche Akteure als solche (statt wie bisher nichtstaatliche Entwicklungspartner und -akteure) werden als Partner der Zusammenarbeit anerkannt und kommen für finanzielle und technische Unterstützung in Betracht.

Overwegende dat de beheerseenheden "UG 1 - Aquatische milieus, UG 2 - Prioritaire open milieus, UG 3 - Weiden habitats van soorten, UG 4 - Extensieve stroken, UG 5 - Verbindingsweiden, UG 6 - Prioritaire bossen », « UG 7 - Alluviale prioritaire bossen », « UG 8 - Inheemse bossen met een grote biologische waarde », « UG 9 - Bossen habitats van soorten », « UG 10 - Niet inheemse verbindingsbossen », « UG 11 - Teeltgronden en antropogene elementen »" afgebakend moeten worden, met het oog op de overwogen instandhoudingsdoelstellingen voor de locatie;
In der Erwägung, dass es zwecks der Umsetzung der für das Gebiet in Betracht gezogenen Erhaltungsziele notwendig ist, dort die folgenden Bewirtschaftungseinheiten genau abzugrenzen: "BE 1 - aquatische Lebensräume", "BE 2 - prioritäre offene Lebensräume", "BE 3 - Wiesen als Lebensraum von Arten", "BE 4 - extensive Streifen", "BE 5 - Verbindungswiesen", "BE 6 - prioritäre Forstgebiete", "BE 7 - prioritäre Auenwälder", "BE 8 - einheimische Wälder von großem biologischem Interesse", "BE 9 - Wälder als Lebensraum von Arten", "BE 10 - nicht einheimische Verbindungswälder", "BE 11 - Ackerbauland und anthropische Elemente";

Overwegende dat de beheerseenheden "UG 1 - Aquatische milieus, UG 2 - Prioritaire open milieus, UG 3 - Weiden habitats van soorten, UG 5 - Verbindingsweiden, UG 6 - Prioritaire bossen, UG 7 - Prioritaire alluviale bossen, UG 8 - Inheemse bossen met een hoge biologische waarde, UG 9 - Bossen habitats van soorten, UG 10 - Niet-inheemse verbindingsbossen, UG 11 - Teeltgronden en antropogene elementen, UG temp 1 - Gebieden die onder een beschermingsstatuut vallen, UG temp 2 - Gebieden met openbaar beheer, UG temp 3 - Inheemse bossen met een tijdelijk statuut" afgebakend moeten worden, met het oog op de overwogen instandhoudingsdoelstellingen voor de locatie;
In der Erwägung, dass es zwecks der Umsetzung der für das Gebiet in Betracht gezogenen Erhaltungsziele notwendig ist, dort die folgenden Bewirtschaftungseinheiten genau abzugrenzen: "BE 1 - aquatische Lebensräume", "BE 2 - prioritäre offene Lebensräume", "BE 3 - Wiesen als Lebensraum von Arten", "BE 5 - Verbindungswiesen", "BE 6 - prioritäre Forstgebiete", "BE 7 - prioritäre Auenwälder", "BE 8 - einheimische Wälder von großem biologischem Interesse", "BE 9 - Wälder als Lebensraum von Arten", "BE 10 - nicht einheimische Verbindungswälder", "BE 11 - Ackerbauland und anthropische Elemente", "BE temp 1 - unter Schutz gestellte Gebiete", BE temp 2 - "öffentlich verwaltete Gebiete", "BE temp 3- einheimische Wälder mit vorläufigem Status";

Overwegende dat de beheerseenheden "UG 1 - Aquatische milieus, UG 2 - Prioritaire open milieus, UG 3 - Weiden habitats van soorten, UG 4 - Extensieve stroken, UG 5 - Verbindingsweiden, UG 6 - Prioritaire bossen », « UG 7 - Alluviale prioritaire bossen », « UG 8 - Inheemse bossen met een grote biologische waarde », « UG 9 - Bossen habitats van soorten », « UG 10 - Niet inheemse verbindingsbossen », « UG 11 - Teeltgronden en antropogene elementen », « UG temp 1 - Gebieden die onder een beschermingsstatuut vallen », « UG temp 2 - Gebieden met openbaar beheer », « UG temp 3 - Inheemse bossen met een tijdelijk statuut »" afgebakend moeten worden, met het oog op de overwogen instandhoudingsdoelstellingen voor de locatie;
In der Erwägung, dass es zwecks der Umsetzung der für das Gebiet in Betracht gezogenen Erhaltungsziele notwendig ist, dort die folgenden Bewirtschaftungseinheiten genau abzugrenzen: "BE 1 - aquatische Lebensräume", "BE 2 - prioritäre offene Lebensräume", "BE 3 - Wiesen als Lebensraum von Arten", "BE 4 - extensive Streifen", "BE 5 - Verbindungswiesen", "BE 6 - prioritäre Forstgebiete", "BE 7 - prioritäre Auenwälder", "BE 8 - einheimische Wälder von großem biologischem Interesse", "BE 9 - Wälder als Lebensraum von Arten", "BE 10 - nicht einheimische Verbindungswälder", "BE 11 - Ackerbauland und anthropische Elemente", "BE temp 1 - unter Schutz gestellte Gebiete", BE temp 2 - "öffentlich verwaltete Gebiete", "BE temp 3- einheimische Wälder mit vorläufigem Status";

Overwegende dat de beheerseenheden "UG 1 - Aquatische milieus, UG 2 - Prioritaire open milieus, UG 3 - Weiden habitats van soorten, UG 4 - Extensieve stroken, UG 5 - Verbindingsweiden, UG 6 - Prioritaire bossen, UG 7 - Alluviale prioritaire bossen, UG 8 - Inheemse bossen met een grote biologische waarde, UG 9 - Bossen habitats van soorten, UG 10 - Niet inheemse verbindingsbossen, UG 11 - Teeltgronden en antropogene elementen, UG temp 1 - Gebieden die onder een beschermingsstatuut vallen" afgebakend moeten worden, met het oog op de overwogen instandhoudingsdoelstellingen voor de locatie;
In der Erwägung, dass es zwecks der Umsetzung der für das Gebiet in Betracht gezogenen Erhaltungsziele notwendig ist, dort die folgenden Bewirtschaftungseinheiten genau abzugrenzen: "BE 1 - aquatische Lebensräume", "BE 2 - prioritäre offene Lebensräume", "BE 3 - Wiesen als Lebensraum von Arten", "BE 4 - extensive Streifen", "BE 5 - Verbindungswiesen", "BE 6 - prioritäre Forstgebiete", "BE 7 - prioritäre Auenwälder", "BE 8 - einheimische Wälder von großem biologischem Interesse", "BE 9 - Wälder als Lebensraum von Arten", "BE 10 - nicht einheimische Verbindungswälder", "BE 11 - Ackerbauland und anthropische Elemente", "BE temp 1 - unter Schutz gestellte Gebiete";

Overwegende dat de beheerseenheden « UG 1 - Aquatische milieus, UG 2 - Prioritaire open milieus, UG 3 - Weiden habitats van soorten, UG 4 - Extensieve stroken, UG 5 - Verbindingsweiden, UG 6 - Prioritaire bossen, UG 7 - Alluviale prioritaire bossen, UG 8 - Inheemse bossen met een grote biologische waarde, UG 9 - Bossen habitats van soorten, UG 10 - Niet inheemse verbindingsbossen, UG 11 - Teeltgronden en antropogene elementen, UG temp 2 - Gebieden met openbaar beheer » afgebakend moeten worden, met het oog op de overwogen instandhoudingsdoelstellingen voor de locatie;
In der Erwägung, dass es zwecks der Umsetzung der für das Gebiet in Betracht gezogenen Erhaltungsziele notwendig ist, dort die folgenden Bewirtschaftungseinheiten genau abzugrenzen: "BE 1 - aquatische Lebensräume", "BE 2 - prioritäre offene Lebensräume", "BE 3 - Wiesen als Lebensraum von Arten", "BE 4 - extensive Streifen", "BE 5 - Verbindungswiesen", "BE 6 - prioritäre Forstgebiete", "BE 7 - prioritäre Auenwälder", "BE 8 - einheimische Wälder von großem biologischem Interesse", "BE 9 - Wälder als Lebensraum von Arten", "BE 10 - nicht einheimische Verbindungswälder", "BE 11 - Ackerbauland und anthropische Elemente", BE temp 2 - öffentlich verwaltete Gebiete;

Met het oog op een coherent juridisch kader en een uniforme regelgeving betreffende invasieve uitheemse soorten op Unie-niveau moeten deze soorten prioritair worden opgenomen in de lijst van voor de Unie zorgwekkende invasieve uitheemse soorten.
Um einen kohärenten Rechtsrahmen und einheitliche Bestimmungen über invasive gebietsfremde Arten auf Unionsebene zu gewährleisten, sollten diese invasiven gebietsfremden Tierarten bei der Auflistung als invasive gebietsfremde Arten von unionsweiter Bedeutung Priorität erhalten.

In bijlage III (actieplan) staan de maatregelen die de verdragsluitende partijen voor prioritaire soorten moeten nemen. Deze maatregelen moeten aansluiten bij de algemene instandhoudingsmaatregelen die in artikel III van de Overeenkomst vermeld staan.
Im Anhang III (Aktionsplan) sind die Maßnahmen angegeben, welche die Vertragsparteien in Übereinstimmung mit den in Artikel III der Übereinkunft angegebenen allgemeinen Erhaltungsmaßnahmen für vorrangige Arten zu ergreifen haben.

11. onderstreept gezien het feit dat veel van deze bestanden zich in internationale wateren bevinden, dat de maatregelen in het kader van de diverse regionale visserijorganisaties gecoördineerd moeten worden om te zorgen dat de genomen maatregelen rekening houden met alle vloten die op deze soorten vissen; meen dat de EU moet werken aan de volledige en doeltreffende uitvoering van resolutie 61/105 van de Algemene Vergadering van de VN in relatie tot diepzee- en bodemvisserij in volle zee, en dat alle beperkingen moeten gelden voor vissers van alle verdragsluitende partijen, om te voorkomen dat bepaalde partijen in het nadeel zijn;
11. weist darauf hin, dass, da viele dieser Bestände in internationalen Gewässern bewirtschaftet werden, eine Koordinierung der Maßnahmen in den verschiedenen RFO erforderlich ist, damit bei den Maßnahmen, die getroffen werden, alle Flotten, die in diesen Fischereien operieren, berücksichtigt werden; vertritt die Auffassung, dass die Europäische Union darauf hinwirken sollte, dass die volle und wirksame Umsetzung der Resolution 61/105 der UN-Generalversammlung zur Tiefsee- und Grundfischerei auf Hoher See gewährleistet wird; ist der Meinung, dass sämtliche Restriktionen für die Fischer aller Vertragsparteien gelten sollten, so dass keine Benachteiligung entsteht;