4. De centrale autoriteit van de lidstaat waar het kind onmiddellijk voordat het werd meegenomen of niet teruggezonden, zijn of haar gewone verblijfplaats had, stelt de centrale autoriteit van de lidstaat waarnaar het kind is ontvoerd, in kennis van de overeenkomstig lid 3 gegeven beslissing, verstrekt alle nuttige informatie en doet passende aanbevelingen.
4. Die zentrale Behörde des Mitgliedstaats, in dem das Kind unmittelbar vor dem Verbringen oder Zurückhalten seinen gewöhnlichen Aufenthalt hatte, unterrichtet die zentrale Behörde des Mitgliedstaats, in den das Kind entführt worden ist, von der nach Absatz 3 ergangenen Entscheidung, übermittelt ihr alle sachdienlichen Informationen und gibt gegebenenfalls Empfehlungen ab.