Traduction de «passieve corruptie waarbij » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

passieve corruptie | passieve omkoping
Bestechlichkeit

passieve corruptie
Bestechlichkeit | passive Bestechung

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

a)actieve en passieve corruptie in de privésector, zoals bedoeld in artikel 2 van Kaderbesluit 2003/568/JBZ, alsmede actieve en passieve corruptie waarbij ambtenaren van instellingen van de Unie of van de lidstaten zijn betrokken, zoals bepaald in respectievelijk de artikelen 2 en 3 van de overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren betrokken zijn.
a)Bestechung und Bestechlichkeit im privaten Sektor gemäß Artikel 2 des Rahmenbeschlusses 2003/568/JI sowie Bestechung und Bestechlichkeit, an der Beamte der Organe der Union oder der Mitgliedstaaten beteiligt sind, nach den Artikeln 2 bzw. 3 des Übereinkommens über die Bekämpfung der Bestechung, an der Beamte beteiligt sind.

actieve en passieve corruptie in de privésector, zoals bedoeld in artikel 2 van Kaderbesluit 2003/568/JBZ, alsmede actieve en passieve corruptie waarbij ambtenaren van instellingen van de Unie of van de lidstaten zijn betrokken, zoals bepaald in respectievelijk de artikelen 2 en 3 van de overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren betrokken zijn.
Bestechung und Bestechlichkeit im privaten Sektor gemäß Artikel 2 des Rahmenbeschlusses 2003/568/JI sowie Bestechung und Bestechlichkeit, an der Beamte der Organe der Union oder der Mitgliedstaaten beteiligt sind, nach den Artikeln 2 bzw. 3 des Übereinkommens über die Bekämpfung der Bestechung, an der Beamte beteiligt sind.

actieve en passieve corruptie in de privésector, zoals bedoeld in artikel 2 van Kaderbesluit 2003/568/JBZ, alsmede actieve en passieve corruptie waarbij ambtenaren van instellingen van de Unie of van de lidstaten zijn betrokken, zoals bepaald in respectievelijk de artikelen 2 en 3 van de Overeenkomst ter bestrijding van corruptie waarbij ambtenaren betrokken zijn;
Bestechung und Bestechlichkeit im privaten Sektor gemäß Artikel 2 des Rahmenbeschlusses 2003/568/JI sowie Bestechung und Bestechlichkeit, an der Beamte der Organe der Union oder der Mitgliedstaaten beteiligt sind, nach den Artikeln 2 bzw. 3 des Übereinkommens über die Bekämpfung der Bestechung, an der Beamte beteiligt sind;

5. Is artikel 15ter van de wet van 4 juli 1989, zoals laatst gewijzigd door de wet van 17 februari 2005, verenigbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, daar de wet enkel de maatregel van intrekking van de dotatie voorziet voor tekenen waaruit moet blijken dat een politieke partij door eigen toedoen of door toedoen van haar componenten, lijsten, kandidaten of gekozenen vijandig staat tegenover de rechten en vrijheden gewaarborgd door het EVRM en daarbij al dan niet strafrechtelijke misdrijven begaat, terwijl die maatregel niet wordt voorzien voor andere handelingen waarbij de kwalificatie als strafrechtelijk misdrijf niet in twijfel kan worden getrokken, zoals passieve corruptie, misbruik van overheidsgeld, verduistering, valsheid in geschrifte en gebruik, belangenneming, misbruik van vennootschapsgoederen ?
5. Ist Artikel 15ter des Gesetzes vom 4. Juli 1989, zuletzt abgeändert durch das Gesetz vom 17. Februar 2005, vereinbar mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, indem das Gesetz nur die Massnahme der Streichung der Dotation vorsieht bei Indizien, aus denen hervorgehen soll, dass eine politische Partei durch eigenes Zutun oder durch Zutun ihrer Komponenten, Listen, Kandidaten oder gewählten Mandatsinhaber ihre feindselige Einstellung gegenüber den Rechten und Freiheiten zeigt, die durch die EMRK gewährleistet werden, und dabei strafrechtliche Straftaten begeht oder nicht, während diese Massnahme nicht vorgesehen wird für andere Handlungen, bei denen die Qualifikation als strafrechtliche Straftat nicht in Zweifel gezogen werden kann, wie Passivkorruption, Missbrauch von öffentlichen Geldern, Unterschlagung, Urkundenfälschung und Verwendung gefälschter Urkunden, Interessennahme und Missbrauch von Gesellschaftsgütern?

Met de vijfde prejudiciële vraag wenst de Raad van State van het Hof te vernemen of de in het geding zijnde bepaling de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt « daar de wet enkel de maatregel van intrekking van de dotatie voorziet voor tekenen waaruit moet blijken dat een politieke partij door eigen toedoen of door toedoen van haar componenten, lijsten, kandidaten of gekozenen vijandig staat tegenover de rechten en vrijheden gewaarborgd door het [Europees Verdrag voor de rechten van de mens] en daarbij al dan niet strafrechtelijke misdrijven begaat, terwijl die maatregel niet wordt voorzien voor andere handelingen waarbij de kwalificatie als strafrechtelijk misdrijf niet in twijfel kan worden getrokken, zoals passieve corruptie, misbruik van overheidsgeld, verduistering, valsheid in geschrifte en gebruik, belangenneming, misbruik van vennootschapsgoederen ».
Mit der fünften präjudiziellen Frage möchte der Staatsrat vom Hof erfahren, ob die fragliche Bestimmung gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstosse, « indem das Gesetz nur die Massnahme der Streichung der Dotation vorsieht bei Indizien, aus denen hervorgehen soll, dass eine politische Partei durch eigenes Zutun oder durch Zutun ihrer Komponenten, Listen, Kandidaten oder gewählten Mandatsinhaber ihre feindselige Einstellung gegenüber den Rechten und Freiheiten zeigt, die durch die [Europäische Menschenrechtskonvention] gewährleistet werden, und dabei strafrechtliche Straftaten begeht oder nicht, während diese Massnahme nicht vorgesehen wird für andere Handlungen, bei denen die Qualifikation als strafrechtliche Straftat nicht in Zweifel gezogen werden kann, wie Passivkorruption, Missbrauch von öffentlichen Geldern, Unterschlagung, Urkundenfälschung und Verwendung gefälschter Urkunden, Interessennahme und Missbrauch von Gesellschaftsgütern ».

- Artikel 1 omvat o.a. het doel van dit gemeenschappelijk optreden, de definitie van de strafbare feiten en regels voor wie wanneer bevoegd is op te treden; de lidstaten worden in wezen verplicht op justitieel gebied efficiënt samen te werken op basis van twee concreet omschreven gedragingen van actieve en passieve corruptie in het kader van een (particuliere) commerciële activiteit in binnen- en buitenland, waarbij ook de aansprakelijkheid van rechtspersonen wordt betrokken.
- Artikel 1 enthält unter anderem die Zielsetzung dieser Gemeinsamen Maßnahme, die Definition der zu bestrafenden Tätigkeit sowie eine Zuständigkeitsregelung; er verpflichtet die Mitgliedstaaten im wesentlichen zur effizienten justitiellen Zusammenarbeit auf der Basis zweier konkret umschriebenen Verhaltensweisen der aktiven und passiven Bestechung im Rahmen von (privaten) Handelstätigkeiten im In- und Ausland, wobei auch die Haftung juristischer Personen einbezogen wird.

De door het Italiaanse Voorzitterschap opgestelde ontwerp-overeenkomst betreft de bestrijding van actieve en passieve corruptie waarbij communautaire of nationale ambtenaren dan wel leden van de Europese Instellingen zijn betrokken ; zij reikt dus verder dan het ontwerp-protocol, dat enkel slaat op daden van corruptie die de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen schaden.
Der vom italienischen Vorsitz ausgearbeitete Übereinkommensentwurf betrifft die Bekämpfung der Bestechung oder Bestechlichkeit von Gemeinschafts- oder nationalen Beamten oder Mitgliedern der europäischen Organe und geht damit über den Anwendungsbereich des Protokolls hinaus, das allein die Bestechungs- handlungen betrifft, mit denen die finanziellen Interessen der Europäischen Gemeinschaften geschädigt werden.

Het toepassingsgebied gaat dus verder dan het eerste protocol bij de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, dat betrekking heeft op de bestrijding van actieve of passieve corruptie waarbij communautaire of nationale ambtenaren of leden van de communautaire instellingen betrokken zijn en die schade doet aan de financiële belangen van de Gemeenschappen.
Der Anwendungsbereich des Übereinkommens geht damit über das erste Protokoll zum Übereinkommen über den Schutz der finanziellen Interessen der Europäischen Gemeinschaften hinaus; dieses betrifft die Bekämpfung der Bestechung und Bestechlichkeit, an der europäische oder nationale Beamte sowie Mitglieder der Gemeinschaftsorgane beteiligt sind und wodurch die finanziellen Interessen der Gemeinschaften geschädigt werden.