« Schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn in de interpretatie dat de illegale vreemdeling, a
an wie een bevel is betekend om het grondgebied te verlaten en die een aanvraag heeft gedaan tot regularisatie overeenkomstig de wet van 22 december 1999 betreffende de regularisatie van het verblijf van bepaalde categorieën van vreemdelingen verblijvend op het grondgebied van het Rijk, geen recht heeft op maatschappelijke di
enstverlening in de periode tussen zijn aanvraa ...[+++]g tot regularisatie tot de dag waarop een negatieve beslissing wordt genomen ingevolge artikel 14 van voornoemde wet van 22 december 1999, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet ?« Verstösst Artikel 57 § 2 des Grundlagengesetzes vom 8. Juli 1976 über die öffentlichen Sozialhilfezentren gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, wenn er dahingehend ausgelegt wird, dass ein illegaler Ausländer, dem eine Anweisung, das Staatsgebiet zu verlassen, notifiziert worden ist und der gemäss dem Gesetz vom 22. Dezember 1999 über die Regularisierung des Aufenthalts bestimmter Kategorien von Ausländern, die sich auf dem Staatsgebiet des Königreichs aufhalten, einen Regularisierungsantrag eingereicht h
at, in der Zeitspanne zwischen der Antragstellung auf Regularisierung und dem Tag, an dem kraft Artikel 14 des vorgenannten Ges
...[+++]etzes vom 22. Dezember 1999 eine abschlägige Entscheidung getroffen wird, kein Recht auf Sozialhilfe hat?