De rechtspraak heeft dan ook kunnen besluiten dat die gebieden, die nauwkeurig zijn aangegeven in de gewestplannen, te beschouwen zijn als ' agrarische gebieden met bijzondere waarde ' die zijn ' aangewezen in ruimtelijke uitvoeringsplannen of plannen van aanleg ' in de zin van het in het geding zijnde artikel 146, vierde lid, van het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening.
Daher konnte die Rechtsprechung zu der Schlussfolgerung gelangen, dass diese Gebiete, die in den Sektorenplänen genau angegeben sind, als ' besonders wertvolle Agrargebiete ' anzusehen sind, die in ' räumlichen Ausführungsplänen oder Raumordnungsplänen ausgewiesen ' sind im Sinne des fraglichen Artikels 146 Absatz 4 des Dekrets über die Organisation der Raumordnung.