2. benadrukt het belang van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) als instrument voor het tot stand brengen van een betrouwbare voedselproductie in de Europese Unie; is van mening dat het GLB sinds zijn invoering voor een betrouwbare voedselvoorziening in de EU heeft gezorgd en daarnaast heeft bijgedragen aan de bescherming en verbetering van het plattelandsmilieu en ervoor heeft gezorgd dat de voedselproductienormen van de EU de hoogste in de wereld zijn; onderstreept de noodzaak dat de communautaire landbouw ook in de toekomst deze rol blijft vervullen;
2. betont die Bedeutung der Gemeinsamen Agrarpolitik (GAP) als Mittel zur Sicherung der Nahrungsmittelerzeugung in der EU; ist der Ansicht, dass durch die Einführung der GAP im Jahre 1962 die zuverlässige Lebensmittelversorgung der EU-Bürger sichergestellt und darüber hinaus die Umwelt im ländlichen Raum geschützt und aufgewertet und in der EU die weltweit höchsten Produktionsstandards für Lebensmittel erzielt werden konnten; hält es für notwendig, dass die Landwirtschaft der EU diese Aufgabe auch weiterhin erfüllt;