16. is van oordeel dat de EU-ontwikkelingshulp in principe open moet staan voor alle ontwikkelingslanden, maar dat er bijzondere aandacht moet worden gegeven aan de armste en minst ontwikkelde landen; staat erop dat de ontwikkelingslanden die steun van de EU ontvangen prioriteit moeten geven aan overeengekomen ontwikkelingsdoelstellingen, met name aan de armoedebestrijding;
16. vertritt die Auffassung, dass die Entwicklungshilfe der Europäischen Union grundsätzlich allen Entwicklungsländern offen stehen sollte, dass jedoch den ärmsten und den am wenigsten entwickelten Ländern besondere Aufmerksamkeit geschenkt werden muss; fordert nachdrücklich, dass die von der Europäischen Union unterstützten Entwicklungsländer vereinbarten Entwicklungszielen, insbesondere der Beseitigung der Armut, Priorität einräumen;