Blijkens de memorie van toelichting van het decreet van 4 maart 1991 heeft de decreetgever de hulpverlening aan de jeugd « uit de rechterlijke sfeer willen halen » en heeft hij geoordeeld dat « in zoverre de problemen waarmee de jongeren te kampen hebben, van maatschappelijke aard zijn, het logisch is dat de instellingen voor maatschappelijk werk - en niet de rechterlijke macht - optreden om ze op te lossen » (Gedr. St., Franse Gemeenschapsraad, nr. 165, 1990-1991, nr. 1, p. 4).
Aus der Begründung des Dekrets vom 4. März 1991 geht hervor, dass der Dekretgeber die Jugendhilfe « aus dem Gerichtsbereich heraushalten » wollte und dass er der Auffassung war, « insofern die Probleme der Jugendlichen sozialer Art sind, ist es logisch, dass die sozialen Instanzen einschreiten, um sie zu lösen, und nicht die rechtsprechende Gewalt » (Dok., Rat der Französichen Gemeinschaft, Nr. 165, 1990-1991, Nr. 1, S. 4).