8. is van mening dat, afgezien van het feit dat er geen sprake kan zijn van besnoeiingen in de ontwikkelingshulp, die momenteel door de algemene begroting wordt gefinancierd, en met dien verstande dat gezorgd moet worden voor sne
lle en transparante procedures voor de uitvoering van de begroting, de budgettering van het EOF ruimschoots de mogelijkheid zou bieden het Europees extern beleid in zijn geheel
te rationaliseren; twijfelt aan de zin van de huidige verdeling van de bevoegdheden tussen buitenlandse betrekkingen en ontwikkelings
...[+++]hulp, en stelt voor dit vraagstuk nogmaals onder de loep te nemen;
8. ist der Auffassung, dass eine Einbeziehung des EEF in den Haushaltsplan – bei der darauf zu achten ist, dass die gegenwärtig aus dem Gesamthaushaltsplan finanzierten Entwicklungshilfemaßnahmen nicht gekürzt werden und zügige und transparente Verfahren für die Ausführung des Haushalts gewährleistet werden – es weitgehend gestatten würde, das außenpolitische Handeln Europas in seiner Gesamtheit zu rationalisieren; wirft die Frage nach der Stichhaltigkeit der gegenwärtigen Aufteilung der Zuständigkeiten zwischen den Außenbeziehungen und der Entwicklung auf und schlägt eine Überprüfung vor;