H. overwegende dat de dreiging van het internationale terrorisme de tekortkomingen van Titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie nog scherper aan het licht heeft doen treden; dat, ind
ien de lidstaten er echter blijk van geven vertrouwen te hebben in elkaars strafrechtsstelsels door hun goedkeuring te hechten aan het voorstel van de Commissie voor een kaderbesluit van de Raad inzake het Europees ar
restatiebevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten (COM(2001) 522 ) moeilijk in te zien valt
waarom de ...[+++]lidstaten zouden blijven vasthouden aan deze gescheiden bevoegdheden,
H. in der Erwägung, dass die Bedrohung durch den internationalen Terrorismus die Schwäche von Titel VI des EU-Vertrags noch stärker hervorgehoben hat, dass es jedoch wohl kaum noch nachvollziehbar sein wird, weshalb die Mitgliedstaaten weiterhin auf der Beibehaltung dieser geteilten Zuständigkeit bestehen, wenn sie durch die Annahme des Kommissionsvorschlags über einen europäischen Haftbefehl (KOM(2001) 522 ) zeigen, dass sie Vertrauen in die Strafrechtssysteme der anderen Mitgliedstaaten haben,