« Schendt artikel 9, tweede lid, van de wet van 12 april 1965 betreffende het ver
voer van gasachtige produkten en andere door middel van leidingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de mate dat deze bepaling zou inhouden dat de exploitanten van een gasleiding kunnen worden onderworpen aan een Koninklijk verplaa
tsingsbevel in alle mogelijke hypothesen die van 's lands belang worden verklaard, terwijl de exploitanten van een elektriciteitsnet gelegen in openbaar domein luidens artikel 13, tweede lid, van de wet van 10 maart 1925
...[+++]op de electriciteitsvoorziening slechts aan een verplaatsingsbevel van de regering kunnen worden onderworpen wanneer het belang der landsverdediging dit vereist ?« Verstösst Artikel 9 Absatz 2 des Gesetzes vom 12. April 1965 über den Transport gasf
örmiger und anderer Produkte durch Leitungen gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem diese Bestimmung beinhalten würde, dass die Betreiber einer Gasleitung einem königlichen Verlegungsbefehl unterworfen werden können in allen möglichen Hypothesen, die als von nationalem Interesse eingestuft werden, während die Betreiber eines im öffentlichen Eigentum gelegenen Elektrizitätsnetzes kraft Artikel 13 Absatz 2 des Gesetzes vom 10. März 1925 über die Elektrizitätsversorgung nur dann einem Verlegungsbefehl seitens der Regierung unterworfen werden kön
...[+++]nen, wenn das Interesse der Landesverteidigung dies erfordert?