Wat betreft het verband van evenredigheid tussen de in het geding zijnde maatregel en het
beoogde doel, is de raadplegingstermijn van twee dagen niet onredelijk, aangezien, enerzijds, dat recht van toe
gang enkel tot doel heeft de rechten van de verdediging uit te oefenen wat betreft de opportuniteit van de handhaving van de hechtenis - en niet zijn verdediging te organiseren wat zijn schuld betreft - en, anderzijds, dat recht van toegang een afwijking is van het algemene beginsel van het geheim van het onderzoek, dat door redenen van
...[+++]algemeen belang wordt gemotiveerd.
Hinsichtlich des Zusammenhangs von Verhältnismässigkeit zwischen der beanstandeten Massnahme und dem angestrebten Ziel sei die zweitägige Einsichtnahmefrist nicht unangemessen, da einerseits das Zugangsrecht nur darauf abziele, die Rechte der Verteidigung hinsichtlich der Opportunität der Aufrechterhaltung der Untersuchungshaft auszuüben - und nicht seine Verteidigung hinsichtlich seiner Schuld zu organisieren -, und andererseits das Zugangsrecht eine Abweichung vom allgemeinen Grundsatz des Ermittlungsgeheimnisses sei, das durch Gründe allgemeinen Interesses gerechtfertigt sei.