« Art. 479. Wanneer een vrederechter, een rechter in de politierechtbank, een rechter in de rechtbank van eerste aanleg, in de arbeidsrechtbank of in de rechtbank
van koophandel, een raadsheer in het hof van beroep of in het arbeidshof, een raadsheer in het Hof van Cassatie, een magistraat van het parket bij een rechtbank of een hof, een lid van het Rekenhof, een lid van de Raad van State, van het auditoraat of van het coördinatiebureau bij de Raad van State, een lid van het Arbitragehof, een referendaris bij dat Hof, een generaal die het bevel voert over een divisie, een provinciegouverneur, ervan beschuldigd wordt buiten zijn ambt een
...[+++] misdrijf gepleegd te hebben dat een correctionele straf meebrengt, laat de procureur-generaal bij het hof van beroep hem dagvaarden voor dat hof, dat uitspraak doet, zonder dat beroep kan worden ingesteld».« Art. 479. Wenn ein Friedensrichter, ein Richter am Polizeigericht, ein Richter am Gericht erster Instanz, ein Richter am Arbeitsgericht oder am Handelsgericht, ein Gerichtsrat am Appellationshof oder am Arbeitshof, ein Gerichtsrat am Kassationshof, ein Magistrat der Sta
atsanwaltschaft bei einem Gericht oder einem Hof, ein Mitglied des Rechnungshofes, ein Mitglied des Staatsrats, des Auditorats oder des Koordinationsbüros beim Staatsrat, ein Mitglied des Schiedshofes, ein Referent bei diesem Hof, ein General, der den Oberbefehl über eine Division hat, oder ein Provinzgouverneur angeklagt wird, sich ausserhalb seines Amtes eines Vergehe
...[+++]ns schuldig gemacht zu haben, das mit einer Besserungsstrafe belegt wird, lässt der Generalprokurator beim Appellationshof ihn vor diesen Hof laden, der entscheidet, ohne dass Berufung eingelegt werden kann».